Opvoeden? Vrouwenwerk! Dat wisten we zeker. Inmiddels weten we dat de ‘ouwe heer’ best van belang is. Zin spreekt Remko Vrijdag, Nadja Hüpscher, Hadewych Minis én hun vaders.
Dochters en zonen
Hadewych Minis speelt de rol van Rachel Hazes in de film Bloed, zweet en tranen (nu in de bioscoop). Klik hier voor de bioscoopagenda. De actrice kent meer talenten: ook als zangeres timmert zij aardig aan de weg. Bekijk hier een optreden met het ZO! Gospel Choir bij Pauw & Witteman (2014):
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Remko Vrijdag staat komend seizoen samen met Martine Sandifort in de theaters met de voorstelling Löyly. Klik hier voor meer informatie en de speellijst. De trailer van Löyly:
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Nadja Hüpscher staat deze zomer met een eigen voorstelling op de Parade: Gratis in je hol… ja joh, prima. Zien? Kijk hier voor speeldata.
De dubbelinterviews met Hadewych, Remko, Nadja en hun vaders vindt u in de editie van Zin die nu in de winkels ligt.
Vaderquotes
Wat zeiden BN’ers de afgelopen jaren in interviews over hun vader? Zin blikt terug:
Nico Dijkshoorn (1959):
‘Mijn moeder heeft altijd geleefd in de slagschaduw van mijn vader. Hij zat altijd iedereen te entertainen maar was ook een enorme narcist.’
Loes Luca (1953):
‘Ik aanbad hem. Als we met de tram gingen, deed mijn vader soms alsof hij invalide was om een zitplaats te bemachtigen. En dan stond ik er bij van: erg hè?’
Yvonne van den Hurk (1959):
‘Mijn vader was: niet je kop boven het maaiveld. Zijn trots op mij uitte hij niet, al bleek hij het stiekem op te nemen als ik op televisie was.’
Bram Moszkosicz (1960):
‘Het verleden van mijn vader was er altijd, maar niet altijd uitgesproken. Ik herinner me dat ik als kind voor het eerst de nummers op zijn arm zag en vroeg wat dat was. ‘Dat is mijn telefoonnummer,’ antwoordde hij. ‘Handig hè? Zo heb ik dat altijd bij me.’ Daar kon hij toen nog mee wegkomen, naarmate ik ouder werd niet meer.’
Mark Rietman (1960):
‘Ik was een boze man geworden. Niet te genieten. Zonder het te beseffen was ik mijn eigen vader geworden. Een genetische valkuil waar ik verdomme met open ogen in was gelopen. De breuk die volgde was pijnlijk, maar noodzakelijk.’
Monic Hendrickx (1966):
‘Er ontstond een intimiteit binnen het gezin die heel warm was, zeker vanaf het moment dat mijn vader te ziek werd om nog te kunnen werken. Het is raar om te zeggen, maar dat was eigenlijk heel fijn.’
Meer citaten staan in het speciale Vaderdagsartikel in Zin 7.
Tekst: Annemarie van Dijk. Beeld: Mark Uyl.