Voor veel vrouwen is het geen salonfähig gespreksonderwerp. Toch is het goed om stil te staan bij de overgang. Want wie goed is voorbereid, heeft minder klachten.
Tekst: Annemarie van Dijk
Vreemd eigenlijk, dat in een tijd waarin we de meeste taboes toch wel hebben beslecht, praten over de overgang nog steeds not done lijkt. Misschien logisch, want er zijn leukere dingen om te bespreken dan stemmingswisselingen, gewrichtsklachten, opvliegers en – last but not least – een droge vagina. Daarbij zijn Nederlandse vrouwen vrij calvinistisch bij ongemakken: niet zeuren, even doorbijten. Maar je kop in het zand steken is geen goed idee, vindt verpleegkundig overgangsconsulente Jos Teunis. Je kunt maar beter op de hoogte zijn van de hormonale revolutie die in je lichaam plaatsvindt. Des te beter ben je voorbereid.
Pauzeknop
Waar komen die overgangsklachten vandaan? De boosdoener is vooral de dalende oestrogeenspiegel (van 100% naar 20%) doordat de eierstokken minder hormonen aanmaken. Dat maakt dat zo’n zes jaar voor de laatste menstruatie al de eerste kwaaltjes kunnen ontstaan. Die periode heet de premenopauze. Bij wie een jaar niet meer heeft gemenstrueerd, is de menopauze (de allerlaatste menstruatie) officieel een feit. Al word je niet meer ongesteld, toch kan het nog een tijd duren voordat alle overgangsklachten zijn overgewaaid. De klachten in de periode hierna, de postmenopauze, zijn bijvoorbeeld: spier- en gewrichtspijn, vaak moeten plassen, blaasontsteking, droge vagina, heftige opvliegers en nachtzweten. Al met al kan de overgang tien jaar in beslag nemen. Het lichaam moet een nieuw hormonaal evenwicht bereiken en dat kost tijd.
Hier en daar een bui
Chagrijnige buien, geïrriteerd gedrag, stemmingswisselingen, vermoeidheid, geheugen- en concentratieproblemen. In de opstartende overgang krijgen de meeste vrouwen vaak eerst te maken met een psychische verandering. Teunis: “Soms leidt dat ertoe dat ze burn-out raken. Ze kunnen hun werk niet meer aan, maar vermoeden geen seconde dat hormoonverlies de oorzaak is. Veranderende emoties vinden vrouwen het ergste. Ze hebben het gevoel zichzelf kwijt te raken.” De eerste stap bij zoiets is meestal om naar de huisarts te gaan. Die denkt alleen niet altijd aan de overgang als een vrouw nog volop menstrueert. “Bij psychische klachten krijg je een doorverwijzing naar de psycholoog, bij gewrichtspijn een briefje voor de reumatoloog of orthopeed,” zegt Jos Teunis. “Dat kost de gezondheidszorg bakken met geld. Daarom is het goed om te weten dat er overgangsconsulenten zijn en menopauzespreekuren in ziekenhuizen. De huisarts heeft maar tien minuten tijd, terwijl een overgangsconsulente wel een uur voor je uittrekt.”
Vest aan, vest uit
De een heeft meer of anders last van de overgang dan de ander. Wat vollere vrouwen kampen vaker dan slanke met opvliegers en nachtzweten: hitteaanvallen die soms wel minutenlang duren. Ze hebben als het ware extra isolatie onder de huid waardoor de warmte er niet uit kan. Ook rokers en drinkers worden extra geplaagd door opvliegers. Verder klagen vrouwen over slaapproblemen, hartkloppingen en geen zin in seks. Behoor je tot de geluksvogels zonder overgangsklachten, dan is het toch goed om even stil te staan bij je gezondheid. De overgang vermindert de hoeveelheid hormonen die je altijd in conditie hielden. Soms worden de bloeddruk en het cholesterolgehalte te hoog, en dat verhoogt het risico op hart- en vaatziekten. Teunis: “Overleg met de huisarts of het nodig is om de waardes te laten opmeten. Zijn ze te hoog, dan kun je leefstijl en voeding aanpassen, en eventueel medicijnen gaan gebruiken.”
Door de afname van het vrouwelijke hormoon oestrogeen kan er ook osteoporose oftewel botontkalking optreden. Bij osteoporose worden je botten zo poreus en broos dat je makkelijk iets breekt als je valt. Tengere vrouwen met weinig buikvet hebben daar meer kans op. “De huisarts kan een risicoanalyse maken om te beoordelen of een botdichtheidsmeting nodig is,” zegt huisarts Bas Rijsdijk. Ook bij osteopenie, een voorloper van osteoporose, is het slim om al in actie te komen. Veel bewegen waarbij de botten echt klappen krijgen is dan belangrijk, zoals (hard)lopen. “En zorg ook voor genoeg vitamine D. Alle vrouwen boven de 50 hebben dagelijks 10 microgram extra vitamine D nodig.”
Het gaat over
Bij heftige overgangsklachten kan een hormoonsupplement helpen. Iets waar sommige vrouwen huiverig voor zijn, omdat gezegd wordt dat er mogelijk een samenhang is tussen dit soort supplementen en borstkankerrisico. Teunis laat zich niet gek maken: “Daar krijg je echt niet zomaar borstkanker van. Voor de meeste vrouwen biedt een dagelijkse hormoonpil alleen maar voordeel.”
Bas Rijsdijk is wat terughoudender als het om hormoonpreparaten gaat. “Alleen als een vrouw ten einde raad is, schrijf ik drie of zes maanden iets voor. De overgang is een natuurlijk proces, dat moet je niet te veel medicaliseren. Mijn ervaring is dat de meeste vrouwen de overgang prima aankunnen, omdat ze weten dat de klachten overgaan.” Hormonen zijn niet voor iedereen geschikt. Als je in het verleden borstkanker of trombose hebt gehad, of als er een familiaire belasting is qua borstkanker mag je bijvoorbeeld geen hormonen nemen. Sommige vrouwen willen ook geen hormonen slikken, anderen krijgen er een opgejaagd gevoel door.
“Met voedings- en leefstijltips kom je ook al een eind,” zegt Teunis. “En er zijn plantaardige producten die kunnen helpen. Ook bij slaapproblemen door hormoonverlies.”
Els Visser voelt niks voor hormonen slikken. “Hormoontherapie is geen optie voor mij, ik raak altijd totaal van de leg als ik ga experimenteren met hormonen. Hopelijk lijk ik op mijn moeder. Zij werd in haar latere leven een stuk assertiever dankzij de hormoonverandering, denkt ze zelf. Tegen mij zegt ze altijd: ‘Meid, het leven wordt pas echt leuk als de overgang voorbij is.’”
Els Visser (1967) raakte vrij jong in de overgang, net als haar moeder. Toen ze last kreeg van moodswings, ging ze te rade bij de huisarts.
Els: “Ergens was ik voorbereid, want mijn moeder was ook al rond haar 40ste in de overgang. Toch leed ik behoorlijk onder de depressieve buien die ik kreeg toen mijn menstruatie onregelmatig werd. Ik voelde me echt ongelukkig. De huisarts stelde voor dat ik aan de pil zou gaan en naar de psycholoog. En ja, dat hielp, al weet ik natuurlijk niet welke van de twee het meeste deed. Een paar jaar geleden stopte ik met de pil, het hormonen slikken was ik zat. Ik wilde weten hoe het ervoor stond qua overgang. Prompt kreeg ik opvliegers. Ook ben ik zeer onregelmatig ongesteld, soms twee keer achter elkaar en dan weer een halfjaar niet. Ik kijk er bijna naar uit dat het ophoudt. Want net ervoor reageer ik zeer explosief, zie ik niks meer zitten en maak ik met iedereen ruzie. Vooral met mijn twee puberdochters, die ook kampen met hormonale buien. Al met al vind ik dit een bijzondere periode, maar dat komt ook doordat ik sinds kort een nieuwe liefde heb. Ik hoop wel dat mijn seksleven niet onder de overgang gaat lijden, je leest af en toe van die gruwelverhalen over ‘geen zin’ en vaginale droogheid. Maar voorlopig voel ik me net een meisje van 18 met opvliegers.”
Trek aan de bel
Blijf bij heftige klachten niet te lang tobben. Veel vrouwen knappen enorm op na een bezoek aan een overgangsconsulente. Tijdens een consult geeft deze gespecialiseerde verpleegkundige tips op het gebied van voeding, voedingssupplementen en beweging. Ze bespreekt de behandelingsmogelijkheden; hoe hormoontherapie werkt en wat de mogelijkheden zijn vanuit de complementaire geneeskunde, zoals homeopathie, fytotherapie en de orthomoleculaire geneeskunde. Bovendien kan ze een risicoprofiel maken op botontkalking en hart- en vaatziekten. Na één consult ligt er een behandelplan, een advies op maat afgestemd op de persoonlijke omstandigheden, klachten en voorkeuren. Vrijwel alle zorgverzekeraars vergoeden (een deel van) het consult bij een aanvullende verzekering. Overgangsconsulente.nl
Het onvermijdelijke buikje
Ben je altijd slank geweest, krijg je rond je 50ste alsnog een buikje. Het lichaam zoekt namelijk naar manieren om toch wat oestrogeen te behouden. Dat gebeurt via testosteron, dat via het buikvetweefsel wordt omgezet in oestron, een zwakkere vorm van oestrogeen. Om dit proces in gang te zetten, zorgt het lichaam voor meer buikvet. Dat buikje is dus gezond: het zorgt voor het oestrogeen dat de vaten en botten beschermt. Tot op zekere hoogte dan, want wie veel dieper gelegen buikvet rondom de organen krijgt, loopt juist weer meer kans op een hoog cholesterolgehalte en diabetes.
Hoe overleef ik de overgang?
Onlangs verscheen De overgang. Het no-nonsense handboek door José Rozenbroek en Jos Teunis. Vol feiten, concrete handvatten, persoonlijke ervaringen én een duidelijke boodschap: er is leven tijdens en na de overgang (Atlas Contact, € 24,99).