We krijgen allemaal in ons leven te maken met verval. Of dat nou gaat om ons lichaam, onze mentale gesteldheid, maatschappelijke normen en waarden, de natuur of de gebouwen om ons heen. Dat kan tragisch zijn, confronterend, maar ook mooi en interessant.
Schrijnend vs. schoonheid
Bij de tentoonstelling What Remains in het CODA Museum onderzoeken vijftien kunstenaars uit binnen- en buitenland de frictie tussen schoonheid en verval.
Sommigen van hen vergroten het verval zo uit dat de confrontatie schrijnend en hard is. Zo filmde de Amerikaanse filmmaker en fotograaf Chris Jordan video’s de maaginhoud van dode vogels en een overleden kameel, die vol afvalplastic bleek te zitten. De Nederlandse beeldhouwer Jan Eric Visser toont juist hoe er in verval ook schoonheid kan schuilen, door huishoudelijk afval zoals krantenpapier en gietwas om te toveren in abstracte kunst.
Van verval naar vereeuwiging
Weer anderen veranderen de betekenis van verval, of plaatsen het proces in een ander licht. Zo maakt Frans Beerens wandkleden gebaseerd op foto’s van plekken in Europa die op het punt staan voorgoed te verdwijnen, waarmee hij verval transformeert tot vereeuwiging. Fotograaf Andreas Hetfeld koppelt het onontkoombare verval aan de aankondiging van nieuw leven, door naakte ouderen te portretteren in foetushouding.
What Remains – tussen schoonheid en verval, van 4 september 2016 t/m 22 januari 2017 bij het CODA Museum in Apeldoorn. Je vindt alle kunstenaars op Coda-apeldoorn.nl.