Erik Jan Harmens (1970), schrijver en dichter, legt iedere Zin uit waarom gedichten gelukkig maken – of tot nadenken stemmen.
Sonnet
Dit gedicht oogt als een sonnet: twee strofes van vier regels en twee van drie. Maar een echt sonnet heeft een strak rijmschema, waarbij onder meer de eerste en vierde regel op elkaar rijmen en de tweede en de derde. Dit gedicht rijmt helemaal niet.
De lading
Dat doet het natuurlijk wel, maar in de vorm van binnenrijm. Vergiet rijmt zo’n beetje op iets, in rijmt op gin rijmt op begin. En er is klankrijm: komt en toch, bevrijd en blij, zonder en dronken. Pas echt interessant is de lading van de regels: de dichter die inneemt en de lezer die, alsof hij naar een aapje kijkt, de in drank gedrenkte ellende becommentarieert. Zo leeft de dichter van zijn schrijven én van zijn lijden.
Voyeur
Daar ben je als lezer dan mooi klaar mee: word je ineens opgevoerd als voyeur! Ik bleef hangen bij die drie keer ‘ons’ in de tweede strofe. Hoezo ‘ons’? Een ongewild wij-gevoel maakte zich van mij meester. Het is dat ik al jaren geen alcohol meer drink, anders was ik een waterglas tot de rand met sterke drank gaan vullen om me net zo onverstaanbaar te gaan maken als F. Starik.