Deel 1: een lucht zonder bommen
Dat voelt rijk. Nawzad Sulaiman vertelt.
En toen kwam je aan in Nederland, na een lange, misschien helse reis. Waarbij je niets kon meenemen – op twee plastic tasjes na. Wat denk je dan? De Koerdische Nederlander Nawzad Sulaiman (1967) kwam in 1992 vanuit Irak naar Nederland. Hij had niets anders bij zich dan de kleren die hij droeg.
“Ik vertikte het om nog langer in het leger van Saddam te vechten, tegen mijn eigen mensen nota bene. Op deserteren stond de doodstraf, dus ik vluchtte. Ik liep van Irak naar Turkije en belandde in een opvangkamp. Daar verbleef ik anderhalf jaar. Het was er vreselijk. We sliepen in tenten – ook in de winter, als het sneeuwde. Overal liepen muizen. In de zomer was het snikheet en er was nooit genoeg water en eten. Uitzichtloos. Tot ik werd uitgenodigd om naar Nederland te komen, waar ik nog steeds dankbaar voor ben.
De geur van vrede
Op 25 augustus 1992 kwam ik aan, met niets dan mijn kleren. Die heb ik bewaard. Als ik ernaar kijk, dan herinner ik me de geur van
de Nederlandse lucht, bladeren, bloemen, grond. We zaten in een azc in het bos, het had net geregend. Dus zo ruikt vrede, dacht ik. Het voelde als herboren worden. Ik moest wennen aan al dat uitgestrekte, platte land: ik was nog nooit eerder op een plek geweest zonder bergen. Sterker nog: tijdens de oorlog zijn mijn ouders en ik zelfs meerdere keren naar de bergen gevlucht, vóór ik hierheen kwam.
Eén koekje
Over de Nederlandse omgangsnormen kan ik een handleiding schrijven. Dat je bijvoorbeeld alles, maar dan ook álles op afspraak doet. En dat je juist de vrouw bij binnenkomst kust, en de man niet. En als je eenmaal binnen bent, dan krijg je één koekje uit de koektrommel. Wil je er nog een, dan moet je erom vragen. Ik was echt verbaasd. Is dat gastvrijheid? In Irak zou die koektrommel nooit van tafel worden gehaald voordat je helemaal vol zit.
Homoseksualiteit
In een vluchtelingenklasje leerden we alles over dit land. Homoseksualiteit bijvoorbeeld, dat moest aan ons worden uitgelegd. Dat het normaal is hier, dat twee mannen of vrouwen samenleven en trouwen. En dat het niet aan anderen is om daarover te oordelen. Ik ben die tolerantie gaan omarmen, want ook ik heb me er welkom door gevoeld. Ik kwam met alleen mijn kleren en mijn hersenen, en ik heb hier een heel leven kunnen opbouwen.”
Productie en tekst: Lisanne van Sadelhoff | Beeld: Mark Uyl | Styling: Paula Schouten | Visagie: Minke Boeijen