Dit is Jan Benthem

Bijna 65 en na veertig jaar in het vak gaat hij nog steeds voor niets meer dan de essentie.

Vakman

Jan Benthem (1952) richtte in 1979 met Mels Crouwel het bureau Benthem Crouwel Architecten op in Amsterdam. Hij ontwierp de uitbreiding van Schiphol, de nieuwe vleugel van het Stedelijk Museum Amsterdam en de stations van Utrecht, Amsterdam, Den Haag Centraal en Rotterdam.

Avontuur, gewoon doen

“Deze kindertekening van mijn zoon Arent staat al 25 jaar op mijn bureau. Het blijkt een voorspelling te zijn geweest van wat hij nu doet: hij heeft een bedrijf in infographics. Ik zie bij hem veel terug van toen wij begonnen met ons bureau. Het was avontuur. Gewoon dóen! We begonnen met het verbouwen van keukens en badkamers. Dat kon, want Francisca verdiende het geld terwijl ik negen jaar studeerde. Ik had niet de bevlogenheid om architect te worden. Ik wilde ingenieur worden, net als mijn vader. Maar toen zag ik het Centre Pompidou. Dat gebouw was spectaculair in de stad neergezet, in een verpauperd deel van Parijs. Tijdens de bouw zag ik die buurt opbloeien. Op dat moment werd ik gegrepen door het vak.

Wakker liggen

Vijf jonge partners nemen dit jaar de leiding van het bureau over. De verantwoordelijkheid voor die zeventig man valt niet mee. De zorg of er genoeg werk is; ik lig daar soms wakker van. Bij station Rotterdam is alles gelukt. Dat zijn mooie herinneringen. Tegelijkertijd zijn er diepe dalen omdat je tegenwoordig bijna al je werk in competitie moet doen. Bij een openbare aanbesteding blijven vijf bureaus over die moeten gaan ontwerpen. Dat betekent dat je vaak je werk in de prullenbak kunt gooien. We hebben net anderhalf jaar gewerkt aan een compleet plan voor het Zuidasdok, met tunnels en het nieuwe station Amsterdam-Zuid. We hebben verloren. Daar heb ik verschrikkelijk de pest over in. Architecten hebben vaak grote ego’s.

Bekijk dit fascinerende filmpje over het ontwerp van Rotterdam Centraal:

TEKST: MINOU OP DEN VELDE | BEELD: BRENDA VAN LEEUWEN