Er is een technologische revolutie gaande die ons werk overbodig dreigt te maken. Zijn we straks allemaal verplicht vrij? En wie betaalt ons inkomen dan?
Overbodig
“Banen, banen, banen,” zegt Mark Rutte, “Jobs, jobs, jobs,” roept Donald Trump. Politici weten – zeker als ze op stemmenjacht zijn – waar je mee scoort: zo veel mogelijk mensen aan het werk. Een baan geeft het leven zin, houdt de economie draaiend en politici aan de macht. Werk is de hoeksteen van ons economisch denken. Maar terwijl de regering druk bezig is banen te creëren (of dat in elk geval probéért) is er een technologische revolutie gaande die veel werk overbodig dreigt te maken. Sterker nog, er zijn economen die voorspellen dat het in de toekomst net zo gewoon wordt om niet te werken als dat je elke dag naar je werk gaat.
Machines voor mensen
Het is op zich niets nieuws dat machines het werk van mensen overnemen. Aan het eind van de 19de eeuw werkte het merendeel van de bevolking nog in de landbouw, nu is dat maar drie procent (en daarmee scoort Nederland nog relatief hoog). Dankzij de invoering van landbouwmachines produceren we met dat handjevol mensen wel veel meer dan toen. Van de landbouw verhuisde de werkgelegenheid naar de industrie. Halverwege de vorige eeuw werkten de meeste mensen in de ‘maakindustrie’. Tot ook daar de automatisering toesloeg: robots en computergestuurde productie maakten mensenhanden steeds vaker overbodig. Inmiddels werkt minder dan twintig procent van de beroepsbevolking in de industrie.
Technische revolutie nr. 3
Ook die mensen gingen niet massaal thuiszitten, want de economie vond weer nieuwe banen uit. Nederland veranderde vanaf de jaren 70 van de vorige eeuw in een diensteneconomie. Fabriekshallen werden kantoortuinen. Terwijl we het zaaien, oogsten, produceren en verpakken overlieten aan machines, bekwaamden de mensen zich in wat machines niet konden: klanten netjes te woord staan, vakanties helpen plannen, computers programmeren en financieel advies geven. Dat ging lang goed, maar inmiddels blijken machines ook veel van die taken best goed aan te kunnen. Caissière, reisagent, vermogensbeheerder, makelaar, boekhouder, chauffeur: beroepen die het gevaar lopen binnen afzienbare tijd te worden overgenomen door slimme technologie. En dan met name de combinatie van internet, snelle computers en kunstmatige intelligentie.
Simpel gezegd: het duurt niet lang meer of machines kunnen bijna alles sneller en beter dan wij. Financial Times-columnist Ken Fisher noemt deze derde technologische revolutie de final frontier. Er gaat geen werk meer in de plaats komen voor de banen die de komende tijd gaan verdwijnen. Want robots kunnen dan op alle fronten meer dan wij. Er blijft natuurlijk wel behoefte aan menselijk werk: in de zorg (hoewel de robotisering ook oprukt in de medische sector), in leidinggevende functies, in de horeca en qua creatieve beroepen.Maar dat weegt niet op tegen wat er verdwijnt.
Verplicht vrij
En dan? Wordt werkloos thuiszitten normaal? Hoe kom je dan rond? Als de voorspellingen uitkomen zullen we onze ideeën over ‘loon naar werken’ moeten bijstellen. Dat loon gaat straks naar de machines – of liever: naar de eigenaren daarvan. Om ervoor te zorgen dat mensen genoeg inkomen hebben zal er – als de robotisering echt zo’n banenkiller blijkt te zijn – een herverdeling van inkomsten moeten komen. Microsoft-oprichter Bill Gates gaf laatst al een voorzet. Hij stelt een belasting voor op de inzet van robots. In feite net zoals menselijke arbeid nu ook wordt belast. Met de opbrengst kan het banenverlies worden gecompenseerd – of bedrijven kunnen besluiten om toch maar mensen in te blijven zetten. Dat herverdelingsvraagstuk gaat ons nog veel hoofdbrekens opleveren. Zeker als de robots verder oprukken. En wij mensen zullen aan het idee moeten gaan wennen dat het verzinnen van een zinvolle vrijetijdsbesteding straks geen luxeprobleem meer is, maar bittere noodzaak.
Door Pieter Kort (1965), hoofdredacteur van platform IEX.nl