‘Ik ben overwegend het zittende type’
Als eerbetoon een column van Renate Dorrestein
Renate Dorrestein (1954) was van 2013 tot haar overlijden in 2018 columniste van Zin. Als eerbetoon aan Nederlands liefste en grappigste schrijver plaatsen we de komende weken elke dag een column van Renate.
Mijn vriendin en ik gingen wandelen om ons weer eens een met de natuur te voelen. We waren nog maar net op pad, of we stuitten op een dode gans vol krioelende maden. Zoals bekend is de natuur één groot lopend buffet en daardoor niet geschikt voor tere zielen. Over de wreedheid van het dierenrijk konden wij wel een paar gruwelijke voorbeelden verzinnen. Toen we een tijdje tegen elkaar hadden lopen opbieden, kwam mijn vriendin met de definitieve, overtredende trap op de proppen. “Weet je nog,” zei ze, “de meester van gym?” Nee, daar zou ik met geen bloeddorstige baviaan of sabel tandtijger overheen kunnen.
Beproevingen
Zij en ik kennen elkaar al sinds de kleuterschool, maar van alle beproevingen die we samen hebben doorstaan, waren onze gymlessen inderdaad de ergste. Wat een beest was die meester. Een beul met spieren als scheepskabels, vierkant hoofd, geen nek. Zoals die man je kon uitschelden als je halverwege je aanloop naar de bok of het paard in een natte zak cement veranderde of bij het touwklimmen aan alle kanten in blaren uitbrak zonder ooit een centimeter te stijgen. Wij waren in principe heus wel in staat om in het wandrek te klauteren, alleen niet met pal achter onze rug een sadist die om de haverklap beloofde dat hij onze stijve harkenbotten zou breken.
Nieuwe roken
Bij ons thuis werd niets aan sport gedaan, onze vaders keken niet eens voetbal. En toch hielden we gewoon van elkaar, daarvoor hoefde niemand eerst ondersteboven in de ringen te hangen. Ik ben trouwens nog steeds overwegend het zittende type, en daar ben ik wat mij betreft ver genoeg mee gekomen. Dat is natuurlijk heel kinderachtig van mij. Ik weet ook wel dat zitten het nieuwe roken is. We moeten actief zijn en lekker bewegen, anders zijn we later de sjaak. Je hebt er uiteindelijk alleen jezelf maar mee als je op je kont blijft zitten. Oké. Duidelijk? Doe mij dan nu maar een glas witte wijn. Of moet ik soms wraak willen nemen op die ouwe brulaap uit de gymzaal door me alsnog in de sportschool te gaan uitsloven, alleen maar om te bewijzen dat ik méér in me heb dan hij ooit zag? Zoveel geldingsdrang heb ik helemaal niet! Soms moet je gewoon rustig onder ogen zien dat iemand je voor het leven heeft getekend. Vaak is dat buitengewoon moeilijk maar op een bepaalde manier doe je er toch altijd je voordeel mee. “Kijk daar,” riep mijn vriendin ineens opgetogen, “een lepelaar!” We gingen er even helemaal voor zitten.
Deze column verscheen eerder in Zin 8, 2017
Foto: Merlijn Doomernik