Waarom de witte blouse niet in je garderobe mag ontbreken

Daar zijn ze weer, de ruitjesbroek, witte blouse, sleehak of puntkraag. Terug van nooit echt weggeweest. Journalist Liddie Austin (1959) beziet de retro-trend van dit moment. Deze keer: de witte blouse.

Basisgarderobe

Hoeveel stukken zou ik in de loop van mijn leven niet hebben gelezen over de basisgarderobe die iedere vrouw zogenaamd zou moeten hebben? Ik kan het lijstje dromen: het colbertje, de little black dress, de nette jeans, de rok, de trenchcoat, de donkere pantalon en natuurlijk het onvermijdelijke witte overhemd. Het zal wel, dacht ik altijd. Ik heb weinig van dit soort stukken in de kast hangen en toch red ik me heel aardig ‘als vrouw’. Wat moest ik bijvoorbeeld met die witte blouse? Ik draag zelden wit: het flatteert me niet, vind ik, en voordat je het weet is het vies. Blouses en overhemden waren sowieso niks voor mij. Ze hielden me niet warm genoeg, ik moest ze strijken als ze uit de was kwamen. Waarom al die moeite als ik ook gewoon een T-shirt kon dragen?

Comfortabel

De oplettende lezer zal het gebruik van de verleden tijd opvallen. Inderdaad: ik ben van mening veranderd (wat fijn dat ik dat nog kan!). Sinds kort draag ik blouses annex overhemden. Sterker nog: soms doe ik ’s avonds nog snel een wasje omdat ik de volgende dag anders geen schone blouse heb om aan te trekken. Watskebeurd? Ik ben ouder en wijzer geworden, en heb ontdekt dat blouses ’s zomers koeler zijn dan een T-shirt, mooier om mijn lichaam vallen én minder tekenen. Dat de exemplaren met lange mouwen comfortabel zijn in tijden van opvliegers en mijn blote armen op esthetisch verantwoorde wijze uit het zicht houden. Nooit gedacht dat ik dat laatste zou willen, maar ja: soms is dat fijn.

Upgrade van het T-shirt

Selina Martin, als styleconsultant gespecialiseerd in ‘zichtbare groei’, snapt wat ik bedoel. “De blouse is een upgrade van het T-shirt, zo zou je het kunnen zien. Ze hangt mooi om het lijf, accentueert wat je wilt accentueren, verhult wat je niet wilt laten zien.” Wat de blouse – generaliserend gesproken, je hebt ze natuurlijk in allerlei soorten en maten – ook zo fijn maakt, is haar veelzijdigheid. “Je kunt haar zowel gekleed als casual dragen, relaxt of elegant.”

Juiste proporties

Vrouwen met een wat grotere cupmaat denken vaak dat een blouse niks voor hen is. Een misverstand, denkt Martin. Kies – misschien tegen je gevoel in! – wel liever voor een wat getailleerder exemplaar dan voor een oversized blouse. “Je hebt de definitie van de taille nodig om de juiste proporties te houden en slanker te ogen. Door je borsten te verstoppen lijk je alleen maar extra vol en vierkant aan de bovenkant en vestig je bovendien alle aandacht op dat deel van je lichaam. Mijn nummer-1-tip is daarom: niet inpakken maar uitpakken, die buste. Houd het zandlopertje in gedachten: dat is het effect dat je optisch wilt creëren.” Geen taille meer om te benadrukken? “Ga dan voor een blouse die de nadruk legt op het smalle gedeelte net onder je borsten en laat de stof daaronder een beetje over je buik heen bloezen.”

De juiste stof

Ook belangrijk: de stof waarvan de blouse is gemaakt. Die moet niet te zweterig zijn. “Katoen kan, maar semisynthetische stoffen zijn de afgelopen jaren veel beter geworden,” aldus Selina Martin. “Viscose en lyocell zijn goede alternatieven voor katoen, en ik ben ook enthousiast over Tencel, een duurzame stof gemaakt van eucalyptusbomen: dat is absorbeert beter en droogt sneller dan katoen, en het ventileert goed. Zijde is helaas niet zweetplekken-proof, maar qua vrouwelijke uitstraling wel het summum.”
Vooruit, ik ben om: iedere vrouw moet in haar basisgarderobe een blouse hebben. Wie weet vind ik over tien jaar ook wel dat-ie wit moet zijn, maar dát is nu nog een brug te ver.

Nooit meer een aflevering van Liddie missen? Met deze aanbieding lees je Zin wel erg voordelig.

Tekst: Liddie Austin