BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
‘Samen koken? Beter van niet’

‘Samen koken? Beter van niet’

Annemarie snakt naar zo’n kinderachtige ruzie

Schrijver en actrice Annemarie Oster (1942) draagt de zorg voor haar man, die lijdt aan vasculaire dementie. In Zin schrijft ze over de lasten maar ook over de lusten, als die zich voordoen. Deze keer mist ze het ruziemaken met haar man.

Ruzie

Sinds mijn man ziek is, hebben we nooit meer ruzie. Dat was vroeger wel anders. Er hoefde niet dat te gebeuren of ik stond op mijn achterste benen. Met quasi-verbaasd opgetrokken wenkbrauwen keek hij me dan aan: hij had zich toch, toen ik mijn sleutels zocht, ‘alleen maar’ afgevraagd waarom ik ze niet altijd op de zelfde plek legde? Hoe durfde hij?! Hij die zelf altijd alles kwijt was! In het prille begin liep alles gesmeerd. We hingen aan elkaars lippen, gingen in elkaar op, waren één. ‘De grootse zonde’, zoals Elsschot schreef in zijn gedicht Het huwelijk was nog niet onderhevig aan sleur (laat staan ‘in duivelsplicht verkeerd’). Levendige slaapkamerinteractie hield de moed er in.

Jiskefet

In die gelukzalige fase kon je je niet voorstellen dat je ooit, in plaats van met verhitte lijven tussen de lakens, met verhitte koppen tegenover elkaar aan de keukentafel zou zitten schreeuwen: “Jij kunt ook nergens tegen!” “Ha, moet jij nodig zeggen. Wat dacht je van je zelf?” Pot en ketel, ketel en pot. Tijdens langdurige verhoudingen verander je als je niet oppast in het behoeftige, verongelijkte kind dat je ooit was: terug naar af. Oude neuroses spelen op en onbeschaamd laat je ze de vrije loop: niet genoeg aandacht, liefde, appreciatie.  Vaak moest ik denken aan een serietje in het tv-programma Jiskefet. Daarin maakte een echtpaar elkaar het leven zuur. Na de zoveelste ruzie schreeuwde de vrouw, wijdbeens op haar buik op bed beland: “Dood moet je, dood!” Maar na de verzoeningsevaluatie was alles weer vergeven en vergeten. Die scènetjes waren parodistisch, maar bijna iedereen die binnenshuis te lang op elkaars lip zit, wenst elkaar soms de vreselijkste dingen toe. Om die even later weer met de mantel der liefde te bedekken. Het leven gaat door en de relatie ook.

Het beste

In ons vorige leven was de keuken de gevaarlijkste plek in huis. Samen koken? Beter van niet. Goot ik de spaghetti af, dan zei hij: “Wel al dente, hè!” Terwijl ik al 100 jaar spaghetti kook! Maar ik was niet mis bij het Nespresso-apparaat. Als ik – ter voorverwarming – mijn kopje onder het tuitje hield en er in plaats van helder water een vuilbruin straaltje tevoorschijn sijpelde, produceerde ik steevast een kreungeluid. Iets irritanters was nauwelijks denkbaar.Toch wel. In het omgekeerde geval, als ik was vergeten het oude cupje af te voeren, hoorde ik een overduidelijk: “Oei!!” Dood moet hij, dood! schoot op zo’n moment door me heen. Nu ben ik de enige die in de keuken staat, de enige die het nespressoapparaat bedient. Nu wens ik hem, geveld in zijn sta-op-stoel, alleen nog maar het beste toe. Maar af en toe snak ik naar zo’n kinderachtige ruzie.

De columns van Annemarie Oster lees je in Zin. Nu in de winkel of online te bestellen.