‘Van pret viel hij bijna uit zijn sta-op-stoel’
Een nieuwe column van Annemarie Oster!
Schrijver en actrice Annemarie Oster draagt de zorg voor haar man, die lijdt aan vasculaire dementie. In Zin schrijft ze over de lasten maar ook over de lusten, als die zich voordoen.
Sportschool
Sinds mijn man ziek is moet ik mijn vrijheid kopen. Want als ik de deur uitga, dreigt het gevaar dat mijn geliefde zomaar pardoes uit zijn sta-opstoel opstaat om bijvoorbeeld een boek uit de kast te pakken. En dan valt hij. Dus is het zaak voor elke exit een oppas te nemen. En dat kost een flinke duit. Steeds sta ik voor de keuze: is dit geen egocentrisch uitje? Verenig ik op zijn minst het nuttige met het aangename? Of liever nog – je bent calvinist of je
bent het niet – het nuttige met het ónaangename? Zoals een bezoek aan de sportschool. Want daar moet ik van mezelf naartoe om zo lang mogelijk recht van lijf en leden te blijven (dat de buik niet nog verder opkruipt om zich meester te maken van het middenrif). Voor wie? Voor mijn spiegelbeeld! (Vertel eens even: ben ik net zo oud als jij?) En natuurlijk voor mijn man; ik ben een trouwe vrouw. Maar soms even niet.
Aantrekkelijke meneer
Ik was op vrijersvoeten (gympen). In die sportschool. Op een belendend apparaat bevond zich een aantrekkelijke meneer, met niet direct een sixpack maar toch een onberispelijke leest – dat zag je door zijn sporttenue heen. Hij had al zijn eigen blond-grijze haar nog en een jongensachtige lach van oor tot oor. Naar mij! Hij sprak me aan met mijn naam, een introductie die zijn uitwerking niet miste. En toen hij zei dat hij de columns die ik ooit voor de Volkskrant schreef zo ‘sterk’ vond, kon mijn dag helemaal niet meer stuk. Hij citeerde zelfs een paar zinnen uit een column over, zo bleek, een gemeenschappelijke kennis, een charismatische acteur. Zelf was hij officier van justitie (geweest).
De leukste vrouwen
Ik op mijn beurt kon het niet laten te melden dat mijn man ooit advocaat was. Deze bekentenis ontlokte hem de verrukkelijke woorden: “Die advocaten gaan er ook altijd met de leukste vrouwen vandoor!” En of ik zin had in een kopje koffie. Even aarzelde ik want tijd was geld maar… huppakee, weg met al dat calvinisme, weg met al die mantelzorgelijkheid. Eindelijk weer een ‘sterke’, vrije vrouw! Er volgde een geanimeerd gesprek, onder meer over die bekende acteur. “Jammer,” zei ik, “dat hij van de herenliefde is.” Verbeeldde ik het me of zag ik iets verschieten in die masculiene blik? En – zo viel me plotseling op – sprak mijn nieuwe kennis niet wat over-gearticuleerd? Nou ja, een jurist, vast in het corps gezeten…
Mijn vriend
Maar terwijl hij – met ironisch stoere motoriek – vertelde hoeveel baat hij had bij zijn dagelijkse (!) sportschoolbezoek, bekroop me een angstig voorgevoel. Niet alleen die atletische gestalte was een lust voor het oog, ook de rest, nu van dichtbij, was wel erg in orde: huid, haar, wimpers… “Ben je getrouwd?” hoorde ik mezelf eruit flappen. “Nee,” luidde het eenvoudige antwoord en hij noemde de naam van de in Nederland wereldberoemde gemeenschappelijke kennis en: “is mijn vriend.” Toen ik, weer thuis, mijn man verslag deed van mijn avontuur, had hij zoveel pret dat hij bijna uit zijn sta-op-stoel viel.
De columns van Annemarie Oster lees je in Zin. Nu in de winkel of lees je met deze aanbieding wel erg voordelig.