BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
‘Het dorp slaapt. Behalve mijn moeder’

‘Het dorp slaapt. Behalve mijn moeder’

Mantelzorgen in quarantaine, aflevering 3

Corrie Verkerk (1957) is zzp’er, woont in Amsterdam en schrijft geregeld voor Zin. Haar moeder woont in Vorden, ze is dementerend. Omdat ze niet meer voor zichzelf kan zorgen is Corrie, met hulp van de thuiszorg, bij haar moeder in quarantaine gegaan. Zwaar, maar óók onvergetelijk. Corrie deelt hun dagelijks lief en leed met ons.

Chocolade

De keukenkast ligt vol chocoladerepen. En het gekke is: ik houd helemaal niet van chocola. Maar nu schreeuwt mijn lijf het soms uit: zoet! zoet! Het doet me denken aan een vroegere – niet van gevaar ontdane – klus voor de krant. Met een speciale trein van het Rode Kruis vertrokken we naar het oude Joegoslavië in tijden van oorlog: journalisten, artsen, psychologen. Het doel: burgergewonden naar Nederlandse ziekenhuizen verplaatsen. De route was geheim. Er konden wel eens kwaaie gewapende zielen zijn met snode plannen om het transport te verhinderen.

Opvallend veel chocoladerepen

Net als in de prille coronadagen zagen de meeste reizigers (nog) weinig gevaar. In de felle Kroatische zon draaiden we vrolijk de raampjes open en genoten van het idyllische landschap. Tot er van hogerhand drastisch werd ingegrepen: “Dícht die ramen!” Het was immers niet de bedoeling dat we ons, als ‘vogeltjes voor de kat’ van de bankjes lieten schieten. Ondertussen arriveerde de proviand met opvallend veel chocoladerepen. Getver. Maar, vreemd genoeg, ging het er in als koek. Méér! Méér! Waar kwam die onverzadigbare vreetzucht toch vandaan? Een hulpverlener aan boord wist het wel: “In tijden van extreme stress krijgt het lijf behoefte aan suiker.”

Corrie verkerkSluipvirus vs. sluipschutter

Waar of niet waar, de zoetigheid is hier in Vorden inmiddels niet aan te slepen. Nog even naar toen. Op onze eindbestemming leek het leven in oorlogstijd zijn dagelijkse gang te gaan. Mensen pakten een terrasje, stonden in de rij bij de bakker, maakten een praatje. De enige dissonant was dof geknal uit het omringende berglandschap. Hier heerste niet het sluipvirus maar de sluipschutter. En toch draaide de wereld gewoon door. Hoe zou het daar nu zijn? Nu de kogels plaats hebben gemaakt voor een onzichtbaarder vijand? Zouden ze er, net als bij ons, nog vrolijk in de natuur staan te bootcampen?

De zuster komt zo

Het is vroeg in de ochtend in Vorden. Nog geen sportief type te bekennen op het plantsoentje. Het dorp slaapt. Behalve mijn moeder. Haar bed kraakt. Ik probeer me nog eens om te draaien op het bankje voor het raam – al maanden mijn slaapplek. ‘”Help!!” klinkt het. “Ik weet niet wat ik moet doen!”
“De zuster komt zo, mam.”
De dag is begonnen.

Meer lezen?
Lees hier aflevering 1: “Waarom gaan we niet weg?!”
Lees hier aflevering 2: Gewoontes haal je niet zo snel uit de mens

Tekst: Corrie Verkerk