Mijn heldhaftige moeder Jetje van Radio Oranje
Anne-Rose Mater-Bantzinger over haar moeder Jetty Paerl
Anne-Rose Mater-Bantzinger (1959) is de dochter van Jetty Paerl: Jetje van Radio Oranje, die in de oorlog – vanuit Londen – spottende liedjes zong over ‘foute’ Nederlanders en de Duitse bezetter. Eind 1944 verleende ze in België hulp aan burgers. Anne-Rose trad in de voetsporen van haar stoere moeder, op zoek naar wat zij in de oorlog heeft meegemaakt.
Wees dankbaar
‘Op vier mei moet ik altijd huilen. Dan staan ze voor me. Die hele, grote familie die ik had. In die twee minuten stilte ontmoet ik ze allemaal. Het is of ze me ieder jaar ter verantwoording roepen. Zo van: denk d’r aan. Je leeft! Dus maak er wat van. Wees dankbaar, grijp het. Geniet!’ Dit schreef mijn moeder op 4 mei 1978, 23 jaar na de bevrijding. Een dagboek hield ze niet bij, maar die dag tekende ze haar gevoelens op over haar Joodse familie die in de Tweede Wereldoorlog vrijwel helemaal was weggevaagd. Ik vond de overpeinzingen na haar overlijden in 2013. Haar woorden raakten me diep. We waren zeer close, maar over dit verdriet praatte ze zelden.
Pinksteren 1940
Mijn moeder was zangeres Jetty Paerl, in Amsterdam geboren op 27 mei 1921 en in Amsterdam overleden op 22 augustus 2013. Een groot deel van haar leven was onlosmakelijk verbonden met de Tweede Wereldoorlog. Op Radio Oranje zong ze in de oorlog vanuit Londen als ‘Jetje van Radio Oranje’ liedjes die de draak staken met Duitsers en foute Nederlanders. De liedjes waren geschreven door mijn grootvader Jo Paerl.
Radio Oranje, de zender die gold als ‘de Stem van Strijdend Nederland’, zond vanuit Londen mededelingen uit van de Nederlandse regering in ballingschap. Koningin Wilhelmina hield op Radio Oranje haar legendarische toespraken. In bezet gebied was het streng verboden om naar de radio te luisteren. Het was louter toeval dat ‘Jetje’ en haar ouders in 1940 in Engeland terecht waren gekomen. Ze was een nakomeling in een liberaal joods gezin met twee oudere broers. Hun vader was in Amsterdam eigenaar van Universal Film Agency dat buitenlandse films verkocht aan Nederlandse bioscopen. In het voorjaar van 1940 was hij medeproducent van de speelfilm Van ’t één komt het ander, waarin Olympisch zwemkampioene Willy den Ouden zou worden gelanceerd als zwemmende filmster: de ‘Esther Williams van de Lage Landen’. Aan de vooravond van Pinksteren 1940 gingen Jetty en haar moeder Rosa Paerl-Wijnberg naar Brussel om een bezoek te brengen aan hun vader op de filmset. De bedoeling was een lang weekend, maar van het een kwam het ander.
Radio Oranje
Tijdens de bombardementen op Londen sliep het gezin Paerl in schuilkelders onder het warenhuis C&A in Oxford Street, waar Jetty liedjes zong om de moed erin te houden. Want zingen had ze altijd gedaan. Bij een feest ter ere van de oprichting van de Prinses Irene Brigade op 11 januari 1941 maakte Jo Paerl een Nederlandse versie van We’ll meet again van de Britse ‘Sweetheart of the Forces’ Vera Lynn: We zien elkaar weer/ Maar wanneer, ja wanneer?/ Op een dag vol vreugde en vol zonneschijn. Hij liet het door zijn dochter zingen. Medewerkers van de BBC die op het feest aanwezig waren, wisten dat de makers van Radio Oranje een zangeres zochten voor het wekelijkse cabaretprogramma De Watergeus vaart waarin de Duitsers op de hak werden genomen. Zo werd ze ‘Jetje van Radio Oranje’. Heel toevallig. Ze heeft haar hele leven heilig in het toeval geloofd. Later heeft ze er nooit aan getwijfeld dat zij en haar ouders hun leven te danken hadden aan het feit dat ze tijdens de invasie niet in Nederland waren. Heel toevallig. Later bleek dat vrijwel alle familieleden van zowel moeders als vaders kant waren gedeporteerd en niet zijn teruggekomen.
“Je leeft, dus grijp het”
Oudere mensen spraken haar decennia na de bevrijding op straat of in de supermarkt soms nog aan: “U bent toch Jetje van Radio Oranje? Mogen we u alsnog bedanken?” Ze vroeg zich dan af hoe mensen haar op hoge leeftijd in hemelsnaam herkenden. Ze liet zich er op voorstaan dat ze ‘geen terugkijker was’. Ondertussen keek ze, naarmate ze ouder werd, steeds meer terug. Maar ze vertelde zelden over haar familie. Toch was herdenken én de bevrijding voor haar van levensbelang. In 1978 schreef ze: Toen Anne-Rose klein was, vierde ik Bevrijdingsdag hevig. Kermis, snoepen. Vooral toen de regering me ging vertellen wanneer ik de bevrijding vieren mocht. Om de vijf jaar! ’t Idee! Toen vierde ik die dag nog heviger. Uit protest. Wie beslist er voor mij wanneer ik 5 mei mocht vieren? Vijf mei móét gevierd worden. Het logische gevolg na 4 mei, het herdenken. Het denken aan. Eenmaal per jaar bij je zelf naar binnen kijken en denken. Je leeft, dus grijp het. Zeur niet. Geniet! Ze zijn blij voor je dat je leeft. Ze gunnen het je. Je leven, je vrijheid, je geluk.
Documentaire
Als Jetje van Radio Oranje zong ze tijdens de oorlog de Nederlanders bemoedigend toe vanuit Londen. Bij het eerste Eurovisiesongfestival in 1956 vertegenwoordigde zij ons land in Lugano met De vogels van Holland. Het leven van de Joodse zangeres Jetty Pearl (1921-2013) veranderde in 1985 ingrijpend door de zelfmoord van haar man, tekenaar Cees Bantzinger. Van het een komt het ander is een documentaire over haar bewogen bestaan. Omroep Max, NPO2 dinsdag 4 mei, 18.55 uur/ NPO uitzending gemist.