‘Weinig kunstvormen zijn ook een eerste levensbehoefte, zoals eten’
Thuis bij culinair journalist Joël Broekaert
Culinair journalist Joël Broekaert (1982) heeft van proeven zijn leven gemaakt. Ook wanneer hij niét buitenshuis dineert staan zijn zintuigen op scherp: als hij zich laaft aan muziek, kunst of de lach van zoontje Moos. Na de plotselinge dood van zijn moeder is het grote genieten moeilijker geworden. “Bij alles waar ik vrolijk van word voel ik me een fractie van een seconde later ook verdrietig.”
Stoerdoenerij
“Ik heb ruim 4000 bonbondoosjes besteld voor mijn theatercollege Proefles met Joël. In elk vakje komt een ingrediënt. Totale zelfoverschatting en kinderlijk enthousiasme hebben mij ertoe gebracht te denken dat ik op mijn 38ste wel een theatershow kon doen. Ik ga niet op een Chesterfield zitten met een leeslampje erbij. Het wordt een show waarin ik jou leer proeven. Dat kun je natuurlijk al, maar met aandacht proeven is iets anders. We eten allemaal troep omdat we er niet over nadenken. Als je leert hoe smaak werkt, wordt eten opeens veel leuker.
Toen ik een jong kind was, gingen we niet veel uit eten. Ik heb dat niet heel erg meegekregen. Als puber zat ik altijd Ready steady cook te kijken. Later in mijn studententijd ging ik dat programma soms naspelen. Elke avond vroegen mijn huisgenoten: ‘Wat gaan we eten?’ Dan zei ik: haal maar twee zakken boodschappen, we keren ze gewoon om en ik maak wel wat.”
Frictie
“Over eten en koken van Harold McGee is mijn bijbel. Het is het bekendste naslagwerk over smaken, eten en koken en de wetenschap erachter. Normaal ben ik zuinig op gesigneerde boeken maar dit neem ik overal mee naartoe.
Eten is altijd een hobby geweest. Beetje kloten in de keuken. Tot we rond 2010 bij NRC werden gebeld door Lays, die een prijsvraag hadden waarbij je je eigen soort chips kon verzinnen. Ik kon mee op perstour door de fabriek. Zo’n productielijn is gaaf om te zien. Achteraf kwam iemand uitleggen hoe smaak werkt. Hij legde uit dat als je een punt pizza in een blender stopt, niemand zal zeggen dat die brei naar pizza maakt. Want de smaak van pizza is eigenlijk een trap in de tijd. Die bootsen ze na in de chips. Zodra je de zak opendoet, komt het kaaspoeder vrij en ruik je de kaas. Het tomatenaroma moet je daarna pas proeven. Ze blazen dat door een flinterdun watervalletje van vloeibaar zetmeel waardoor zich een dun laagje vormt rond het tomatenaroma. Zodra dat in aanraking komt met je speeksel lost dat op en komt het tomatenaroma vrij. Pas als je gaat kauwen proef je pizza. Holy fuck, dát vond ik interessant!
Zin in meer?
Lees het hele interview in Zin 13 en ontdek hoe Joel de liefde van zijn leven vond en hoe hij omgaat met het verlies van zijn moeder: ‘Als je een ouder verliest, is er opeens een voor en na in je leven’. Dit nummer ligt nu in de winkel of bestel je eenvoudig online.
Tekst: Minou op den Velde. Beeld: Brenda van Leeuwen