‘In Amsterdam hebben ze de klok, in Heks hebben ze de tijd’
Rick & Maartje trokken naar het Vlaamse platteland
Rick de Leeuw (1960) en Maartje Elants (1977) verhuisden vanuit het centrum van Amsterdam naar het Belgische platteland. Nú in Zin: een rockzanger en een kunstschilder die het woelige nachtleven en de opwinding van de grootstad inruilen voor een bestaan tussen de koeien, de zware tractoren en de zweep van de seizoenen.
Prachtige, landelijke uithoek
Rick: “De streek waar ik die zomer van 2015 bij toeval terecht was gekomen, bleek van een genereuze schoonheid: Haspengouw, het zuidelijke deel van Belgisch Limburg, de fruitstreek van België, het Toscane van het noorden. Het B-Classic Festival bracht er twee weken lang met een bijna achteloze vanzelfsprekendheid muziek van wereldniveau op fantastische locaties. Al snel werd mij duidelijk dat in deze prachtige, landelijke uithoek iets moois bloeide, ver weg van de grote cultuurhuizen en de internationale concertpodia. De dagen tussen de concerten strekten zich loom en behaaglijk uit tussen de volle fruitbomen en de velden vol wiegend graan. Het goede leven heeft zijn eigen tempo. Toen we na de slotavond in de auto terugreden naar Amsterdam vroeg ik Maartje of ze hier eventueel zou kunnen wonen.”
Onbekende toekomst
Maartje: “Die vraag overviel me nogal. In Amsterdam woonde ik in een betaalbaar huurappartement, midden in de Jordaan. Pas na tien jaar zoeken had ik dat gevonden. Dat appartement was het symbool van mijn zelfstandigheid, zoiets geef je niet zomaar op. Als die verhuizing naar België zou mislukken, zou ik mijn huis kwijt zijn. Gekkenwerk, volgens sommigen. In Amsterdam had ik het kunstenaarschap gecombineerd met een deeltijdbaan. Als het me in de grote stad al niet lukte om me als fulltime kunstenaar te vestigen, ging dat op het platteland dan wél lukken? Er waren eigenlijk vrij veel argumenten om het niet te doen. Toch heb ik ja gezegd. In Amsterdam blijven was voor mij geen noodzakelijkheid maar mijn vrijheid wilde ik niet kwijt. Ik was nog altijd die motorrijdende, tangodansende vrouw. Maar misschien was zij het wel die uiteindelijk ja zei. Het avontuur tegemoet, met de man van je dromen op weg naar een onbekende toekomst.”
Bij Rita, Frank en Stéphane
Café Bij Rita bij ons in het dorp heet al dertig jaar Bij Rita. Daarvoor heette het Bij José, haar moeder. De kachel brandt, de radio staat aan en als er koers op televisie is, kijken we koers. Er is altijd een lekkere kop koffie, voor wie even geen pint wil. Een café geeft een dorp de nodige sociale samenhang, een belangrijke voorwaarde bij onze zoektocht naar een huis. Rita is een goede waardin. Ze ziet alles, hoort veel en zegt weinig. Iedereen is welkom en iedereen voelt zich er thuis. Als ik naar de tandarts ben geweest, breng ik de rekening bij Rita. Zij zorgt er vervolgens voor dat Johnny van de ziekenkas de volgende dag bij mij thuis langskomt om de vergoeding cash af te rekenen.
Vaak zit Johnny trouwens bij Rita op het terras, dan geef ik de rekening meteen aan hem. Zeven dagen in de week was café Bij Rita open, van negen uur ’s ochtends tot ’s avonds de laatste klant naar huis ging. Toen ze een paar jaar geleden besloot om de woensdag te sluiten, waren de historische woorden van Frank, de boswachter, met ontsteltenis in zijn stem: ‘En wij dan?’ Eeltige knuisten, ruwe manieren en een dorst waar alleen Rita een antwoord op heeft: Frank is niet de eerste persoon aan wie je denkt bij het woord ‘kunstenaar’. Een boswachter die zijn dagen vult met het voederen van paarden, het uit de sloot redden van losgeslagen kalveren, het kappen van bomen en het verjagen van stropers uit het woud. Als student aan de kunstacademie was Frank een protegé van de beroemde Belgische kunstenaar Fred Bervoets, die al vroeg zijn talent onderkende. Ook de kunstgaleries in Gent waren daar niet blind voor en een mooie carrière lag in het verschiet. De wereld van de kunsthandel was echter niet de wereld waar Frank zich thuis voelde. Hij trok zich teleurgesteld terug en werkte in stilte verder in Heks. Vorig jaar exposeerde hij, voor het eerst in dertig jaar. Bijna alle tentoongestelde werken raakten verkocht. De volgende dag stond hij weer met zijn riek de stallen schoon te maken, voor de paarden bleef Frank gewoon de boswachter.
Kleine cirkels
Een paar huizen verwijderd van café Bij Rita is bakker Stéphane om vier uur ’s ochtends al aan de slag met het maken van brood, taarten, pralines en patisserie. Zijn zelfgemaakte appelsap is helder als glas, zijn frangipane staat in de top tien van lekkerste dingen die ik ooit gegeten heb. Ook heeft hij een kleine wijngaard. De oude mannen van het dorp helpen hem bij het snoeien en het plukken van de druiven, als we tijd hebben helpen Maartje en ik graag mee. Als de oogst binnen is, richt Stéphane een groot feestmaal aan voor alle helpers en worden de laatste flessen van het vorige jaar soldaat gemaakt. Lange tafels, volle glazen, grote verhalen. Het is al vroeg laat, want ook de volgende morgen moet het brood weer vroeg gebakken. Het leven in Heks draait soms in kleine cirkels.
Schoonmaak
Rick: “Bijna iedereen in Amsterdam dacht dat we binnen een jaar met hangende pootjes terug zouden komen. ‘Dat redden ze nooit!’ Maar gek genoeg mis ik de stad nauwelijks. Als ik in Heks de deur uit stap, doet niets denken aan Amsterdam, de prikkel om de vergelijking te maken ontbreekt. Het verschil is zo groot dat het niet meer opvalt. De grote stad doet dag en nacht zijn uiterste best om je te amuseren, in een dorp moet je het vertier zelf maken. En dat lukt ons tot nu toe heel aardig. Ik werk niet harder, zeker niet, maar wel geconcentreerder. Vier boeken, twee theatervoorstellingen en twee cd’s heb ik hier in Heks geschreven. Ik denk dat ik met de verhuizing een boel ballast overboord heb gezet. Op mentaal vlak bedoel ik. Wat van waarde was mocht mee, de rest bleef achter. Die schoonmaak heeft me goed gedaan. De songs die ik nu schrijf zijn minder zwaar, het plezier van het schrijven glinstert door de teksten heen. Levenslust, een zekere lichtheid, het publiek voelt dat.”
Paniek
Maartje: “In Amsterdam was ik binnen vijf minuten uit en thuis als ik een brood ging kopen. Hier in Heks kan dat zomaar een uur of nog langer duren. Een praatje met deze, een praatje met die, heb je dit al gezien, heb je dat al gehoord. De eerste maanden kon ik daar wel eens van in paniek raken. ‘Schiet op, ik heb nog meer te doen!’ Maar na verloop van tijd merkte ik dat ik niet minder schilderijen maakte, en dat de kwaliteit van mijn werk er juist op vooruit ging. De hijgerigheid verdween en maakte plaats voor een andere focus. Om snel te kunnen gaan, moet je soms een beetje trager. Dat is echt waar. In Amsterdam hebben ze de klok, in Heks hebben ze de tijd.”
Zin in meer?
Lees het hele interview met Rick de Leeuw en Maartje Elants in Zin 3. Nú in de winkel of bestel ‘em hier.
Tekst: Rick de Leeuw. Beeld: Maartje Elants