‘Ik zie mode als een kunstvorm’
Interview met kunstenaar Bas Kosters
Hij put voor zijn eclectische modeontwerpen, sculpturen en tekeningen vaak uit zijn eigen leven. Als clubkid showde kunstenaar Bas Kosters (1977) zijn ontwerpen in clubs, op festivalpodia en op de catwalk. Tegenwoordig prijkt zijn werk in het museum.
Individuele schoonheid
“Ik heb een groot anti-logo op mijn arm getatoeëerd. Toen ik nog elk jaar collecties maakte, gaf ik na afloop van mijn modeshows altijd een Anti-Fashion Party, samen met een goede vriendin, Jojanneke. We waren tegen de platgetreden paden van de mode. Mode draait vaak om geld en status, terwijl je er ook toe kunt doen in een lap die je van de straat haalt. Ik hield van die groteske esthetiek van het nachtleven. Tot diep in de nacht waren er performances. We hadden bijvoorbeeld Pieneukio, een man die eruitzag als Pinokkio en met zijn plastic neus een pizzadoos penetreerde. Ik vind dat nog steeds grappig, maar ja, daar bereik ik niet mee wat ik graag zou willen bereiken. Het ging mij om veel meer dan die feesten, het ging mij om staan voor individuele schoonheid. Ik heb altijd geloofd in mode als vehikel voor persoonlijke communicatie. Het gaat om wie je bent en wat je meebrengt. Je kunt kleding inzetten als een taal. The performance of identity. Die anti is eigenlijk een pro. Ik ben ervoor.”
Toewijding
Op dit moment werken er twee freelancers in mijn studio. De liefde voor textiel blijft, maar zo’n grote collectie voor een catwalkshow zal ik voorlopig niet doen. We produceren kleding in kleine oplages en ontwerpen kostuums voor theater. De stagiaires maken alles naar mijn ontwerp en het hoofd atelier stuurt dat aan. Mijn office-assistent doet het projectmanagement. Alles gaat supersnel. Ik heb nooit investeerders achter mijn bedrijf gezet. Soms ontwerp ik producten voor bedrijven als Bugaboo en Heineken. Voor Zeeman heb ik een collectie gemaakt. Die commerciële samenwerkingen stellen mij in staat om ook stukken te maken waar weken werk in zit. In 2017 maakte ik de collectie My Paper Crown. Dat ging erover dat een papieren kroon ook belangrijk kan zijn als je anders naar de wereld kijkt. Maandenlang waren we bezig om van oude vlaggen tropische bloemen te maken. Daarna maakten we patchwork en zetten we de kleding in elkaar. Er zat ook veel tijd in het preppen van alle stoffen – strijken, verstevigen. Voor mij is het belangrijk dat die stukken bestaan omdat ze iets vertellen over daadkracht en toewijding, maar ze zijn zo kostbaar dat ik ze niet makkelijk kan verkopen.”
Gek op spullen
“De een geeft zijn geld uit aan games, de ander heeft kinderen of gaat elke week luxe uit eten. Ik ben gek op spullen. Tripjes naar de rommelmarkt en de antiekzaak, zoeken op Marktplaats en eBay, daar kan ik mezelf in verliezen. De pennenman van Ritalin vind ik heel grappig. De vrolijke figuur is een promotieobject, voor op de toonbank van apotheken, terwijl Ritalin natuurlijk gewoon een soort speed is. Ik heb het weleens recreatief gebruikt. Al deze objecten zijn me dierbaar, van een vaasje van € 0,50 tot Russische krokodil van een paar tientjes van eBay. Inmiddels heb ik nergens meer een beschikbaar oppervlak om iets neer te zetten. Waarom zou je vijf sjaals hebben als je er ook tachtig kunt hebben?!”
Lees het hele interview in Zin 11. Dit nummer bestel je hier.
Tekst: Minou op den Velde. Beeld: Brenda van Leeuwen. Visagie: Patricia Snoek