Dit boek móest er komen. Maar dat vroeg wel wat. Opnieuw door de pijn ging hij, regisseur en schrijver Philip Huff (1984). En tijdens het herschrijven nóg een keer. Dat kost tijd. Wat je van bloed weet is Huffs meest persoonlijke boek ooit geworden. Over een onveilige jeugd.
Je nieuwe roman is een heel persoonlijke waar je maar liefst veertien jaar over hebt gedaan. Waarom? En waarom moest dit boek er komen?
“Elke vorm van scheppen, dus ook schrijven, doet pijn. Schrijven is vaak een vorm van vertellen over wat je kent of hebt meegemaakt. Dat hervertellen is weer een vorm van herbeleven. Pijnlijke dingen krijg je dus niet zo een, twee, drie op papier, het duurt wel even voordat dat lukt, zowel emotioneel als technisch gezien. En dan moet je ze daarna nog herschrijven ook, dus wéér met die pijn aan de slag. Dat alles kost tijd. De enige reden dat ik daarmee doorging, was dat ik vond dat dit boek er móest komen. Ik wilde iets wezenlijks zeggen over mijn ervaringen met een onveilige jeugd, mijn emotionele waarheid mededelen.”
Hoe was het emotioneel voor je om dit boek te schrijven? Lukte het om afstand te nemen?
“Zwaar, dus. Wat helpt, met afstand nemen, is tijd. Afstand geeft overzicht en overzicht geeft iets van begrip. En tijd zorgt dus voor afstand. Ook daarom, denk ik, duurde het zo lang allemaal. Omdat je de tijd niet kunt versnellen.”
Twee hoofdthema’s in de roman zijn (huiselijk) geweld en de liefde (voor een meisje, en voor de broer en zus van de hoofdpersoon). Was de liefde bijvoorbeeld een manier om te kunnen ‘overleven’ in de heftige thuissituatie?
“Ik hoop natuurlijk dat mijn boek die vraag beantwoordt. Maar ja, de liefde van anderen is natuurlijk altijd wat ons redt. Al is het maar als vonkje voor een noodzakelijke vorm van eigenliefde.”
‘De liefde van anderen is altijd wat ons redt. Al is het maar als vonkje voor een noodzakelijke vorm van eigenliefde’
Phillip Huff
Je schrijft heel beeldend, alsof we naar een film kijken. Is dat bewust gedaan?
“Ja, dat is mijn ‘stijl’. Ik schrijf ook filmscenario’s en ben regisseur. Ik wil dat het boek zich voor je ogen ‘afspeelt’. Tegelijkertijd zet ik e-mails, brieven, bespiegelingen en aforismen in om de literaire vorm van de roman uit te buiten.”
Je roman is autobiografisch. Hoe is dat voor je broer en zus?
“Ik benadruk elke keer dat het een autobiografische roman is, met de nadruk op roman. En dat het míjn emotionele waarheid betreft, niet die van iemand anders. Volgens mij overbrug je dan een beetje de spanning rondom de verschijning zo’n boek, waar zij natuurlijk niet voor gekozen hebben.”
Wat beoog je met dit boek? Is het vooral een boek voor jezelf of juist voor anderen?
“Ik schrijf altijd een boek dat ik zelf graag zou willen lezen, door de toon, stijl en thematiek. En dan hoop ik dat er meer mensen zijn zoals ik. In dit geval dus, in elk geval gedeeltelijk: mensen met soortgelijke ervaringen.”
Toevallig alweer een nieuw project op stapel?
“Mijn tweede korte film als regisseur is net af, Het kamp, naar een verhaal van Maartje Wortel, met Ilke Paddenburg en Jeroen Krabbé in de hoofdrollen. Ik wil aankomend jaar mijn eerste speelfilm regisseren. We hebben al geld gekregen voor het scenario, nu hopelijk door naar de volgende fase. Schrijven is geweldig maar ook eenzaam. Filmmaken doe je samen, dat vind ik heel fijn.”
Over het boek
Op de openbare basisschool in Blaricum wordt de verteller van Wat je van bloed weet voor het eerst verliefd. Op de hockeyclub in Laren ontmoet hij Cato de Witte, van wie hij weet dat zij het voor hem is. Samen doorlopen ze de middelbare school in Bussum. Intussen woont hij in een groot, vrijstaand huis, met een rieten kap en een grote tuin, samen met zijn ogenschijnlijk welvarende familie. Maar de buren kunnen niets horen.
Wat je van bloed weet is een roman over opgroeien in een gewelddadig gezin, over de wording van kind tot man, en over de liefde – de liefde voor Cato, maar ook voor Alexander, de jongere broer van de verteller en hun zus, Emilie. Het is een roman over machteloosheid in familieverhoudingen en over de vraag of je jezelf ooit uit die verhoudingen kunt bevrijden. Deze roman is Huffs persoonlijkste tot nu toe.
(Wat je van bloed weet, Prometheus, € 22,50)
Zin & Win
Philip Huff (1984) is schrijver en regisseur. Hij schrijft onder meer voor NRC Handelsblad, De Groene Amsterdammer, Hollands Maandblad, The New York Review of Books en The Paris Review. Hij publiceerde de romans Dagen van gras (genomineerd voor de Academica Debutantenprijs), Niemand in de stad (winnaar Dioraphte Prijs, verfilmd door Michiel van Erp) en Boek van de doden (keuze van het jaar 2014 van HUMO), de verhalenbundel Goed om hier te zijn en de essaybundel Het verdriet van anderen.
Gratis lezen? We geven 3 boeken van Philip weg. Vertel ons in de comments waarom jij dit boek moet winnen!
DEZE WINACTIE IS AFGELOPEN. WINAARS HEBBEN PER MAIL BERICHT ONTVANGEN.