BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
Ik voel me wel eens schuldig dat ik tekort schiet in het missen

Ik voel me wel eens schuldig dat ik tekort schiet in het missen

Een nieuwe column van Hanneke Groenteman

Mijn vriendin gaat binnenkort dood. Zij heeft, na jarenlang dapper haar aftakeling door MS te hebben verdragen, besloten dat de kwaliteit van haar leven de ondergrens heeft bereikt en houdt ermee op. In samenspraak met haar geliefden, vrienden en haar dokter. Een zorgvuldig, liefdevol voorbereid afscheid.

Hoeveel soorten missen

Ik zal je missen, zeg ik regelmatig tegen haar. Ik zal onze gezelligheid missen. En dat zal zeker zo zijn. Maar ook denk ik: hoe voelt dat eigenlijk, missen. Hoeveel soorten missen zijn er. Hoe ga ik eigenlijk om met missen. Ik voel me wel eens schuldig dat ik tekort schiet in het missen. Als iemand dood gaat die een substantieel deel van je dagelijks leven uitmaakte voelt dat als een amputatie. Je leven komt op zijn kop te staan, niets zal ooit meer hetzelfde zijn. Dat soort gemis is mij een paar keer overkomen. Bij mijn vader en moeder. Bij mijn neefje toen hij 15 was. Die pijn voel ik nog steeds. Maar als een vriend of vriendin die je dierbaar was maar die je niet dagelijks zag sterft, wordt het missen na de eerste felle tranen een grommende ondertoon in je bestaan, die af en toe opvlamt en dan weer zacht doorgromt. Steeds zachter. En je leven wordt niet overhoop gegooid.

Als een vriendin die je dierbaar was sterft, wordt het missen na de eerste felle tranen een grommende ondertoon in je bestaan

Slopende ziekte

Voorbeeld: een van mijn dierbaarste vriendinnen is een jaar geleden gestorven. Ook aangekondigd, voorbereid, zelf besloten. Ook bij haar had ziekte zijn slopende werk gedaan. De dood was onafwendbaar. Ik mis haar vaak. Zij het dat mijn leven niet overhoop kukelde, dat het gewoon is doorgegaan. Dat ik merkte dat ik na de eerste weken van verdriet, mijn leven weer oppakte. Me weer druk en driftig maakte over kleine tegenslagen, blij kon zijn over gelukjes en voorspoedjes, het missen een zachte ondertoon werd waar ik aan wende. En die soms plotseling opvlamde. Als ik dingen niet meer kon doen die ik met haar deed. Als ik iemand op straat zag die op haar leek en waarvan ik één momentje dacht dat zij het was. Als ik haar vlijmscherpe commentaar had willen horen op recente gebeurtenissen die zij helemaal niet meer had meegemaakt. Als ik onverhoeds een vakantiefoto van ons zag. Dat soort missen. En eerlijk is eerlijk, haar vrouw mist haar met grote pijn, elk moment van de dag en van de dagen die nog komen. Dat probeer ik mee te voelen, maar het is niet mijn gemis.

Haar vrouw mist haar met grote pijn, elk moment van de dag. Dat probeer ik mee te voelen, maar het is niet mijn gemis

De troost van muziek

En dan is er nu het gemis van mensen die ik niet of nauwelijks kende, maar die ik bewonderde. Ik denk aan drie muzikale kunstenaars die onlangs zijn gestorven. Jeroen van Merwijk, Jan Rot en Henny Vrienten. Ze maakten geen deel uit van mijn dagelijkse leven, waren ook geen dierbare vrienden, maar wel mooie persoonlijkheden. En hun muziek kende ik heel goed. En bewonderde ik. Mijn missen bestaat nu uit het vaak beluisteren van hun liedjes, het terugkijken op hun levens en carrières, het op afstand meeleven met hun geliefden. En als ik naar hun liedjes luister, voel ik een zachte traan. Bij hun gemis is er de troost van hun muziek.