Een dode mus
Meike Lieve Bos over haar prentenboek voor volwassenen
Illustrator Meike Lieve Bos (1984) vroeg voor haar boek Een dode mus bekende cabaretiers een verhaal te schrijven over een dode vogel. Zij maakte hier vervolgens prachtige illustraties bij, en geeft middels grappige weetjes elke vogel een eigen karakter. ‘Wij zijn bezig met de dood. Bij dieren gebéurt de dood gewoon.’
Hoe kwam je op het idee om een boek over dode vogels te maken?
“Dat ontstond tijdens een wandeling met mijn hond. We hebben meer vogels dan mensen in ons land en toch zie je zelden een dode vogel liggen. Ik vroeg mij af: waar blijven ze dan? Het bleef mij bezighouden en ik nam daarom contact op met een bioloog. Hij vond het allemaal niet zo interessant, de natuur ruimt zo’n dode vogel blijkbaar binnen een paar dagen op. Dat is gewoon the circle of life. Toch bleef het door mijn hoofd spoken. Die ingeving tijdens mijn wandeling was ongeveer acht jaar geleden en al die tijd heb ik het laten broeden in mijn hoofd, om maar even in vogeltermen te blijven.”
De verhalen in Een dode mus zijn heel verschillend, ze hebben allemaal hun eigen vorm en insteek.
“Klopt. Daar heb ik de auteurs helemaal vrij in gelaten. Het enige gegeven was dat het over een vogel moest gaan en dat deze in principe doodgaat. Maar dood is natuurlijk een heel ruim concept. Je kunt het hebben over de dood zelf, de periode voor de dood, na de dood, of hoe mensen met de dood omgaan. Iedere auteur gaf er zelf een invulling aan, dat was zo mooi om te zien. Steeds was ik verrast als er een nieuw verhaal binnenkwam: weer een ander thema en andere invalshoek. Van klimaatverandering tot het verlies van schoonheid, zo divers is dit onderwerp voor mensen.”
En jij maakte vervolgens de illustraties bij het verhaal?
“Hoe ik dit aanpakte, verschilde ook per auteur. Soms maakte ik de illustratie passend bij het verhaal en vullen beeld en tekst elkaar dus aan. Bij andere verhalen tekende ik de vogel zoals ik hem wilde maken, helemaal los van de tekst. Een goede illustratie vertelt eigenlijk zijn eigen verhaal.”
Elk verhaal begint met een bidprentje. Waarom?
“Bidprentjes horen natuurlijk bij de dood, maar ik vind ze ook mooi omdat ze vaak het leven van de overledene eren. Het leek mij leuk om bij elke vogel een paar grappige weetjes te zetten. Toen ik mij hier meer in ging verdiepen, bleken vogels stuk voor stuk hele gekke beesten te zijn, met allemaal unieke eigenaardigheden. Een roodborstje is bijvoorbeeld helemaal niet zo schattig. Dat getik tegen het raam doet hij omdat hij agressief wordt van de kleur rood. Ik vond het ook fascinerend om te ontdekken hoeveel spreekwoorden er bijvoorbeeld zijn waarin vogels voorkomen. Vogels zijn alom aanwezig en iedereen heeft er op een bepaalde manier wel iets mee.”
Was ‘de dood’ een lastig onderwerp voor de auteurs?
“Nee, want iedereen gaf er een eigen draai aan die passend voor hem of haar was. Er staan verhalen in die gaan over iets wat de auteur zelf heeft meegemaakt, zoals de stervende duif in de tuin bij Christine de Boer. Andere auteurs, zoals Micha Wertheim, gebruikten het verhaal meer als een metafoor voor de dood. Sommige verhalen zijn hoopvol, andere troostend. En een paar natuurlijk gewoon heel grappig. Dat hoort allemaal bij de dood.”
In hoeverre speelde het onderwerp een rol in jouw eigen leven?
“Onbewust een grote rol. Ik ben bijna 39 jaar; mijn moeder is op haar 38ste overleden. Dat ik haar nu heb overleefd, vind ik een gek idee. Borstkanker zit in mijn familie en ik weet dat ik ook erfelijk belast ben. Gelukkig krijg ik daardoor elk jaar controle maar het houdt mij natuurlijk wel bezig. Daarnaast heb ik een aantal andere dierbaren verloren, onder wie mijn bonusmoeder het afgelopen jaar. Op haar sterfbed luisterden we samen naar een favoriet nummer van haar, het prachtiges De troostvogel van Herman van Veen. Daar verwijs ik naar in het begin van het boek. Dus ja, ik ben zelf wel veel met de dood bezig. Dus vind ik het mooi om te kijken naar het dierenrijk.
Wij zijn ons bewust van onze sterfelijkheid en bezig met de dood maar bij dieren gebéurt de dood gewoon. Overigens ontdekte ik wel dat kraaien komen kijken als er een vogel is overleden: om te observeren wat zij hiervan kunnen leren. Het boek is een manier voor mij geworden om mijn angst voor de dood te verwerken. Tegelijkertijd vind ik dat de dood iets lichts mag hebben. Vaak wordt er hard gelachen na een begrafenis, dat is niet voor niks. Het boek heeft mij in die zin geholpen om te bevestigen dat de dood niet alleen maar zwaar is. En hoe belangrijk humor erbij is. We zijn maar zo kort hier, laten we er wat leuks van maken!”
Win met Zin
We geven 3 boeken weg van Meike Lieve. Kans maken? Deel in de comments wat jij met vogels hebt!
Over het boek
Prachtige illustraties in combinatie met humoristische en ontroerende verhalen van o.a. Hans Dorrestijn, Wim Helsen, Kirsten van Teijn en Katinka Polderman. Op subtiele wijze zet Een dode mus de lezer aan het denken en tovert tegelijkertijd een glimlach tevoorschijn. Een boek voor vogelaars, literatuur-en natuurliefhebbers. Of om gewoon cadeau te doen voor iemand die wat troost en humor kan gebruiken.
(Een dode mus, Signatuur, € 22,99)
Over de maker
Illustrator Meike Lieve Bos (1984) maakte eerder illustraties voor het boek Adempauze uit de Kakkerlakjes-reeks, het kinderboek Slaapkoppie en de LeesLiever scheurkalender. Meike werkt in haar tekeningen met verschillende materialen om zo texturen te creëren en bewerkt deze vervolgens in Photoshop. Soms bestaan haar illustraties wel uit honderden laagjes. Het resultaat zijn sprankelende tekeningen met veel sterke contrasten en kleuren. Meike is getrouwd en heeft een dochter.