BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
Ik ben Pelgrim-auteur Terry Hayes:

Ik ben Pelgrim-auteur Terry Hayes:

‘Ik ga niet voor minder dan het allerbeste’

De in Engeland geboren Australiër Terry Hayes (1951) begon zijn carrière als scenarioschrijver (Dead Calm, Bangkok Hilton). Zijn eerste boek Ik ben Pelgrim werd een bestseller, de filmrechten waren nog geen maand na verschijnen verkocht. Tien jaar na zijn grote succes is daar zijn langverwachte tweede thriller: Het jaar van de Sprinkhaan.

Je bent de schrijver van Ik ben Pelgrim, een meer dan groot succes en bestseller. Wat gebeurde er na de publicatie van dat boek?

“Ik vond het succes – zowel qua recensies als qua verkoop – best lastig om mee te dealen. Natuurlijk was ik ontzettend blij, maar al sinds ik me kan herinneren wilde ik romans schrijven. En eenmaal volwassen stelde ik me voor dat ze op een dag ook hun weg naar het grote publiek zouden vinden. Ik wilde altijd al verhalen vertellen. En droomde ervan dat ze groots en meeslepend zouden worden – zulke verhalen las ik zelf namelijk graag. En ineens was ik een eind op weg om die levenslange droom te verwezenlijken. Maar na het grote succes van Ik ben Pelgrim… tja. Dat zorgde een beetje voor een leegte in mij. En de grote vraag: wat nu? Ik had van mijn droom werkelijkheid gemaakt en had niks nieuws bedacht voor daarna. Het kostte wel even om dat te verwerken. Pas daarna was ik in staat om aan een nieuw boek te beginnen.”

Waarom duurde het tien jaar tot nu voordat je tweede boek Het jaar van de Sprinkhaan uitkwam?

“Boeken duren zo lang als ze duren. J.R.R. Tolkien schreef maar twéé boeken: de trilogie Lord of the Rings en De Hobbit. Dean Koonz daarentegen heeft 109 boeken geschreven. Er zijn geen regels, er is geen goede of foute manier. Ik doe mijn best met de vaardigheden en talenten die ik heb. Ik geef niet op en accepteer van mezelf niet ‘het op één na beste’. Ik wil het maximale van mezelf vergen. Daarnaast zijn mijn boeken omvangrijk en intensief om aan te werken, zowel qua verhaallijn als de research die ik ervoor moet doen – daar huur ik niemand voor in. Het zijn grote verhalen, ze gaan de hele wereld over en betreffen geavanceerde wetenschap en technologie, zoals nagemaakte virussen. Daar moet ik veel voor uitzoeken. Ik moet erover leren om erover te kunnen schrijven. Het is interessant, maar intensief.”

Op welk moment wist je het zeker: ik ben een schrijver?

“Ik kan me niet herinneren dat ik ooit iets anders wilde worden. Op een bepaalde manier maakte dat mijn leven ook heel overzichtelijk. Ik hoefde niet na te denken over een carrièrepad. Verder kan niemand je echt vertellen hoe je het schrijverschap aan moet pakken. Iedereen kiest daarin zijn eigen weg en probeert met vallen en opstaan zijn doel te bereiken. Het is alsof je op zoek moet naar een schat – in een onbekend, buitenaards gebied, en in het donker.” (lacht)

Wat betekent schrijven voor jou? En waarom koos je voor thrillers?

“Geen idee. Ik weet gewoon niet hoe mijn leven eruit zou zien zonder. Het lijkt, in elk geval voor mij, in mijn DNA te zitten. Het is een behoefte waarin ik wil voorzien: verhalen vertellen en orde scheppen in de chaos. Om één persoon op de voet te volgen in angstaanjagende situaties en uiteindelijk te zien zegevieren. Of op zijn minst te overleven.

Ik schrijf thrillers omdat ik die zelf graag lees. Waarschijnlijk omdat ik geboeid moet blijven door een boek. Ik raak snel verveeld en zoals Raymond Chandler ooit zei: ‘Als je twijfelt, laat dan een blondine met een pistool binnenkomen.’ Ik weet wat hij bedoelt: zorg dat er áltijd iets gebeurt. Mark Twain zei ooit over de Mormoonse bijbel dat het ‘gedrukte chloroform’ was. Nou, dat moet dus je koste wat het kost vermijden.”

Nu is er je tweede geweldige thriller: Het jaar van de Sprinkhaan. Wat bracht je op het idee voor dit boek?

“Ik liep op straat en dacht: zou het niet geweldig zijn als een 34-jarige vader in een loopgraaf terecht zou komen, vechtend naast zijn twee kinderen van midden twintig? Wát?! Hoe zou dát ooit kunnen gebeuren? Maar dat werd het uitgangspunt. Dat was het probleem waarvoor een oplossing gezocht moest worden. Sprinkhaan – alle 259.000 woorden – is dat geworden.”

De thriller gaat over Kane, een Denied Access Area-spion voor de CIA. Wat krijgt hij precies voor zijn kiezen?

“Hij gaat op solomissie naar het ergste deel van Iran. Daar ontmoet hij een man die weet hoe een verwoestende aanval op het Westen kan worden voorkomen. Die missie mislukt uiteindelijk. En hij wordt gevangengenomen door een terroristenleider die lijkt op Osama bin Laden maar veel gewelddadiger is. Een angstaanjagende man van wie lang werd gedacht dat hij dood was. Kane ontsnapt en het is zijn taak – en die van de CIA – om deze mysterieuze ‘Al Tundra’ op te sporen.”

Ik begrijp dat zo’n verhaal veel onderzoek vergt.

“Ja, dat kan niet anders als je geloofwaardig over wilt komen. Ik ben geen spion, gespecialiseerd in onderzeeërs, of een terrorist of inwoner van de dodelijke driehoek van Iran, Pakistan en Afghanistan. Ik kan dus niet uit persoonlijke kennis en ervaring putten. Dan wordt het veel onderzoeken.”

Wie is de man met een grote tatoeage van een sprinkhaan op zijn rug – waar je boek naar is vernoemd?

“De leider van de groep, de militaire commandant Al Tundra heeft die tatoeage op zijn rug. Voor hem een belangrijk symbool maar het is ook een pakkend en onvergetelijk beeld. Sprinkhanen worden geassocieerd met een dodelijke plaag: iets dat vernietigt zonder medelijden of genade. Je zou kunnen zeggen dat het Al Tundra’s wereldbeeld symboliseert. Dood en vernietiging die schijnbaar uit het niets komen.”

Vind je dat de verhaallijn van een thriller realistisch moet zijn?

“Ja. Je moet de lezer laten geloven in de wereld die je creëert en het verhaal dat je vertelt. Er moeten regels zijn en dingen moeten een logica hebben. Mensen moeten geloofwaardige doelen nastreven op een slimme manier. Anders gooi je alleen maar modder tegen de muur in de hoop dat er iets blijft plakken.”

Hoe slaag je er als schrijver in om de perfecte spanning op te bouwen?

“Ik wou dat ik het wist! Dan zou ik het nog veel beter doen, de lezer nog meer laten huiveren! Omdat ik zelf heel veel lees, voel ik wel aan of er iets hapert of niet spannend genoeg is. Ik volg dus gewoon mijn intuïtie. En ik zorg ervoor dat de vaart erin blijft zitten. De lezers mag beoordelen of dat gelukt is.”

Wat wil je je lezers meegeven?

“Wees bang. Wees écht bang. In Ik ben Pelgrim ging het over de ongecontroleerde vooruitgang in genbewerking en bio-engineering die de deur op een kier hebben gezet naar het opnieuw creëren van ‘s werelds meest dodelijke virus. Dat soort ontwikkelingen gaan zo snel dat we ze niet goed meer kunnen volgen laat staan controleren. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld AI. God weet wat dat naar onze planeet zal brengen. En die dingen zijn echt, het gevaar is bedacht ofzo. Niemand heeft er invloed op en niemand weet wat het ons zal brengen. Niks goeds, waarschijnlijk.”

Je romans worden over de hele wereld gelezen. Had je dat ooit verwacht?

“Nee, alleen gehoopt! Ik zie mezelf als een verhalenverteller, dus dan hoop je wel dat zoveel mogelijk mensen, waar dan ook ter wereld, hun gordijnen dichtdoen, het licht dimmen, een stoel pakken en mijn wereld binnengaan. Dat is mijn taak en wens.”

Al bezig met een volgend project?

“Ik ben bezig met de publiciteit van dit boek maar ja, ook alweer aan het schrijven van een nieuwe roman. Het wordt een Ik ben Pelgrim deel 2 en nee – ik ga niet vertellen waar het over gaat!” (lacht)

Over het boek

Een CIA-agent opent de jacht op een terrorist die de wereld dreigt te vernietigen. Zijn identiteit is onbekend, maar hij is te herkennen aan de sinistere tatoeage van een sprinkhaan op zijn rug. Wanneer je, net als Kane, werkzaam bent als spion voor de CIA in Verboden Gebieden, dan hebben grenzen geen betekenis. Jouw taak is om je toegang te verschaffen, te doen wat nodig is en weer te ontsnappen… op welke manier dan ook.

Je weet wanneer je moet rennen, wanneer je je moet verstoppen en wanneer je moet schieten. Maar op sommige plekken gelden de standaardregels niet. Sommige plekken zijn te gevaarlijk, zelfs voor iemand met de ervaring van Kane. Het No Man’s gebied, waar de grenzen van Pakistan, Iran en Afghanistan samenkomen, is zo’n plek – een plek waar geweld de enige manier is om te overleven. Kane reist erheen om een man met cruciale informatie voor de veiligheid van het Westen te evacueren, maar in plaats daarvan ontmoet hij een vijand die de wereld tot aan de rand van de afgrond zal brengen. Een angstaanjagende, intelligente, wrede man met bloed aan zijn handen en wraak in zijn hart. (Het jaar van de Sprinkhaan, Bruna, € 29,99)

Over de schrijver

Terry Hayes (1951) is een voormalig journalist en een bekroonde scenarioschrijver. Hij schreef scenario’s voor onder andere Mad Max 2 – Road WarriorDead Calm Mad Max Beyond Thunderdome Payback From Hell en Vertical Limit , samen met veel werk aan tal van andere films, waaronder Reign of Fire Cliffhanger en Flightplan Het jaar van de Sprinkhaan is Terry Hayes’ tweede boek. Zijn eerste boek, Ik ben Pelgrim, was een internationale bestseller waarvan meer dan 500.000 exemplaren werden verkocht in Nederland en België.

Zin in? 

Wij mogen 3 exemplaren van Het jaar van de Sprinkhaan weggeven. Kans maken? Deel je gegevens in onderstaand winformulier en wie weet. Meedoen kan t/m 3 januari 2024.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."