BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
Hanneke over de tegenslagen in het leven

Hanneke over de tegenslagen in het leven

Van zomaar een oude tante tot superstar!

Hanneke Groenteman (1939) is programmamaker, journalist en schrijver. In Zin schrijft ze over waar ze tegenaan loopt. Hanneke heeft één zoon, Gijs. Hij heeft vier kinderen (twee dochters en twee zonen). Zij zijn Hannekes Grote Liefde. Hanneke: ‘Van zomaar een oude tante tot superstar!’

Dit stukje is niet actueel, maar ik moet het kwijt. Het gaat over grote kleine tegenslagen in het leven. Jullie weten wel dat ik al lang meeloop in de journalistiek. In vogelvlucht: ooit begonnen als leerling bij het Parool, toen naar het radioprogramma Hoor haar bij de VARA, daarna naar de VPRO waar ik onder meer De Plantage mocht maken, toen via via via (Met het oog op morgenZomer- gasten) bij Omroep Max terechtgekomen, met Sterren op het doek, enzovoorts en zo verder.

Ik ben op hoge leeftijd nog actief, af en toe tafeldame, geef interviewlessen, was teamcaptain in de verkiezingsquiz Kiespijn maar dit alles valt in het niet bij het laatste wat ik heb gedaan: ik had een piepklein rolletje in Het Sinterklaasjournaal. Op de een of andere manier beschouw ik dat als een hoogtepunt in mijn carrière. Ik weet niet hoe dat komt. Misschien omdat het een super­ goed programma is. Altijd geweest. Mis­ schien omdat ik er met generaties kinderen en kleinkinderen mee ben opgegroeid. Natuurlijk was ik verliefd op Dieuwertje, wie niet? Ook als er geen gelovige kinderen in mijn buurt zijn, blijf ik naar Het Sinterklaas- journaal kijken. Dit jaar ook naar de after­ talkshow Speculasies.

Alles even goed bedacht, gespeeld, vormgegeven, vol met dubbele bodems zodat jong en oud ervan kunnen genieten. Nu de clou van dit ver­ haal: ik had dit jaar dus dat rolletje. Sinter­ klaas was zoek, er moest een nieuwe Sint gezocht worden, er waren honderden sollici­ tanten, ik was daar een van en… ik werd uitgekozen. Een oud vrouwtje zou de nieuwe Sinterklaas worden. Dat ik geen baard had, speelde geen rol. “Dat lossen we wel op,” aldus de Hoofdpiet. Ik was helemaal het type en had de eigenschappen waarnaar ze zochten. Toen kwam er een kink in de kabel: ik vroeg of ik dan in Spanje moest wonen. Toen de sollicitatiecommissie knikte van ‘Ja’ trok ik me terug uit de procedure, met een verontwaardigd: “Dan doe ik het niet, ik ga niet verhuizen!” en mopperend dribbelde ik weg. De sollicitatiecommissie met de handen in het haar achterlatend.

Oké, dit was dus the finest moment van mijn carrière. Mijn positie zou geankerd zijn in het gelovige deel van de familie. Van zomaar een oude tante tot superstar! De zondag­ ochtend na ‘mijn’ uitzending hadden we een verjaardagsfeestje bij de 3­jarige Nella, mijn nichtje. Ik had me verheugd op mijn entree, had een goed cadeau en een tas vol heerlijke taarten en had al veel teksten voorbereid over het Grote Pietenhuis en de Hoofdpiet. Alleen: het was die ochtend 3 december spek­spiegelglad op de stoep van de jarige. Ik was daar niet op verdacht en mijn eerste stap op de stoep eindigde in een keiharde val op mijn achterhoofd, uitmondend in een plas bloed. Lang verhaal kort: in plaats van als ster de kamer binnenkomen, moest ik met gillende sirene naar het ziekenhuis. Er bleek bloed in m’n hersenen te zitten, ik moest er voor controle blijven slapen. Op het feestje ben ik nooit geweest en mijn glorieu­ ze entree maakte ik met een infuus in een ziekenhuis. Hoe was dat spreekwoord ook alweer: hoogmoed komt voor de val! ■