BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
Schrijver Kaat Vrancken

Schrijver Kaat Vrancken

‘Volg je passie en begin eraan. Nu!’

De ene dag komt de Angsthaas opduiken, de andere dag de Uitsteller en nog een andere dag de Perfectionist. Maar als schrijven je passie is, kun je elke saboteur te lijf en komt dat boek er, weet schrijver Kaat Vrancken (1957). Ze schreef het boek Ga je nu eindelijk dat boek schrijven! voor elke schrijver in spe. Want wat heb je aan een droom die je niet durft waar te maken?

Geweldig, je boek: Ga je nu eindelijk dat boek schrijven! Een opluchting ook, voor veel mensen met schrijfambities kan ik me voorstellen. Maar het is niet het eerste boek over dit onderwerp. Waarom moest het er komen?

“Bedankt voor je enthousiasme! De boeken over creatief schrijven zijn meestal heel serieus en dat begrijp ik wel. Maar ik wilde het anders doen. Ik wilde er een grappige toets aan toevoegen om de theorie over schrijven wat meer lucht te geven. Zo heb ik er de schrijfsaboteurs aan toegevoegd: de stemmen in je hoofd die je boycotten om te schrijven. Ik heb er voor mezelf negen ontdekt. Ik maakte er personages van en liet ze met elkaar overleggen in crisisvergaderingen. Die dialogen heb ik in het manuscript gestopt ter afwisseling van de theoretische stukken. Misschien kan de lezer dan eens glimlachen.

Het ontstaan van die saboteurs begon als een zot idee maar hoe meer ze een stem kregen, hoe grappiger ik ze vond. Op een gegeven moment zat ik zo diep in het verhaal van de saboteurs dat de Perfectionist seks wilde met de Luiaard. Maar die wilde dan weer niet want hij was te lui. Mijn redacteur vond dat te ver gaan. Geschrapt dus. Kill your darlings. (lacht)

Naast de theorie en de schrijftips – zowel op het vlak van taal en stijl als op het vlak van motivatie – zitten er in het boek ook tips om elke saboteur uit te schakelen. En mijn eigen schrijfproces beschrijf ik, inclusief de ups en downs. Plus niet te vergeten: leuke schrijfopdrachten, de workouts. Als ik nu op het schrijfproces terugkijk, besef ik dat ik het boek wilde schrijven dat ik gemist had in het begin van mijn eigen schrijverschap.”

Kun je verklaren waarom een boek schrijven toch zo’n ontzettend groot ding is? Waarom is de drempel om te beginnen zo onbegaanbaar hoog?

“Een boek schrijven is als een hoge berg beklimmen en je staat aan de voet van die berg. Je kijkt omhoog en door de wolken zie je de top niet eens. Help! Ik denk dat dat geldt voor elk creatief werk dat je maakt. Of het nu een schilderij is, een beeld, een kunstinstallatie. Zelfs een gerecht, een kledingstuk of een bloemstuk heeft focus en tijd nodig. Maar een boek schrijven vergt uiteraard heel veel tijd. Het ligt er niet in een week of twee. Bij mij toch niet. (lacht) En het is zo’n groots iets omdat je je ziel blootlegt en enorm kwetsbaar bent. Tenminste, als je eerlijk en authentiek wilt schrijven. Een boek schrijven vergt denkwerk, onderzoek doen, schrijven, herschrijven, schrappen en opnieuw beginnen, openstaan voor commentaar, werken aan een nieuwe versie… kortom, het vraagt een lange periode van concentratie en doorzettingsvermogen. Maar nogmaals: dat geldt voor elke andere kunstvorm ook.”

Hoe of waar heb je de juiste technieken verkregen zodat juist jij de schrijfworstelaars kunt helpen?

“Moeilijke vraag. Ik heb veel tijd gestoken in het doornemen en opslaan van vakliteratuur. Ik heb verschillende schrijfcursussen gevolgd, zowel in Nederland als in het buitenland, ik wilde altijd maar bijleren over story structure, over verschillende genres, over creativiteit en de werking van het brein. Bijleren geeft me veel voldoening. Wellicht heb ik gedurende al die jaren een eigen manier van denken en werken opgebouwd. Dat is niet dé manier; het is gewoon míjn manier. Elke schrijver heeft zijn eigen manier van werken.

Belangrijk is wel dat ik vijftien jaar les heb gegeven op een kunstacademie, het vak Creatief Schrijven. Ik ervaarde met welke problemen de studenten te maken kregen en ik wilde hen zo goed mogelijk coachen.”

Met jouw boek ‘heeft niemand meer een excuus om zijn of haar schrijversdroom uit te stellen’. Dat klinkt confronterend. Nu moeten ze wel, terwijl aspirant-schrijvers eigenlijk misschien wel níet willen, liever die droom behouden.

“Wat heb je aan een droom die je niet durft waar te maken? Als je niet schrijft, zul je nooit een boek publiceren. Het leven is zo kort, je kunt beter zo vlug mogelijk aan je boek beginnen. Anders is de kans groot dat je aan het einde van je leven zegt: ooit had ik een droom om een boek te schrijven maar ik had geen tijd, geen geld, geen schrijfplek enzovoorts. Tja, zoek dan maar een andere droom die je wilt waarmaken. Volg je passie en begin eraan. Zelf heb ik te lang gewacht heb om mijn eerste kinderboek te schrijven. Het leven kwam er altijd tussen. Dat maakte ik mezelf wijs. Daarom benadruk ik het: begin eraan, nu! Of toch na het lezen van mijn boek. (lacht)

Gewoon maar niet beginnen met schrijven: is dat een kwestie van te weinig moed of vertrouwen, onzekerheid?

“Een mix, denk ik. Je moet inderdaad veel moed hebben om aan een boek te beginnen. Je weet dat het een gigantisch project is waar je dag in, dag uit mee bezig bent, zeker in je hoofd. Je moet talent hebben en vakmanschap ontwikkelen. En dat is nog niet alles: je moet ook nog eens afrekenen met die interne saboteurs die je continu willen boycotten. De ene dag komt de Angsthaas opduiken, de andere dag de Uitsteller en nog een andere dag de Perfectionist. Naast talent en vakmanschap moet je ook nog eens psychologisch sterk genoeg zijn om die saboteurs te overwinnen. En als je boek tenslotte gepubliceerd wordt, steek je je nek uit en zal je gegarandeerd commentaar krijgen. Niet gemakkelijk allemaal.”

Je bent zelf schrijver. Waar liep je in het begin tegenaan en waar kun je nog altijd tegenaanlopen in het schrijfproces?

“Al die saboteurs zijn valkuilen voor mij. En misschien is de Perfectionist wel mijn ergste vijand. Die moet ik nog elke dag wegsturen, zeker als ik een eerste versie schrijf. In de laatste fase van het herschrijven mag de Perfectionist terugkomen, als ik aan de taal priegel. De taal moet perfect zijn, in de mate dat dat mogelijk is.”

Je geeft ook les in Creatief Schrijven. Zijn er dingen die opvallen bij (beginnende) cursisten? En hoe weet je of iemand ‘het’ in zich heeft?

“Na vijftien jaar lesgeven ben ik ermee gestopt – in de COVID-periode. Maar ik heb enorm veel geleerd van mijn studenten. Zij zorgden ervoor dat ik up to date bleef, dat ik research deed om hun vragen te kunnen beantwoorden.

Een ‘fout’ die ik altijd zag terugkomen, was dat ze ervan uitgingen dat een verhaal in een eerste versie klaar was, af, goed, geweldig. Nee, dus. Dan begint het echte werk pas. Je laat je eerste versie enkele dagen of weken liggen, je kijkt er niet meer naar en herleest na de incubatietijd de versie hardop. Die rusttijd is nodig omdat je anders nog te diep in je verhaal zit, je ziet de fouten niet meer. Dan begin je aan de herschrijffase, die neemt meestal dubbel zoveel tijd als het schrijven zelf. Iets anders dat belangrijk is: je moet openstaan voor commentaar. Als je zegt: ik wil het zo en ik verander er niets aan, dan zul je nooit publiceren.

Vaak wist ik al vanaf de eerste les: die student zal ooit publiceren. Die heeft talent, doorzettingsvermogen en de wil om te trainen. En met trainen bedoel ik: schrijfoefeningen maken, bereid zijn om te herschrijven en bij te leren. Als ik een sterke passie voelde en ik iets bijzonders detecteerde in de stijl en in de manier waarop de student zijn verhaal vertelde, dacht ik: yes! Vroeger was mijn doelstelling: een goed boek te schrijven. Toen ik lesgaf, was mijn doel: ik wil dat mijn studenten een goed boek schrijven.”

Denk je dat echt iedereen kan schrijven? Raad je het ook wel eens iemand af? En is schrijven vooral een ambacht of een talent?

“Ik zal zelden iemand afraden om te schrijven. Op het moment dat iemand schrijfplezier heeft, wie ben ik dan om te zeggen: je moet het niet doen. Wat ik wel deed, was iemand aanraden om de spraakkunst op te frissen of om meer te lezen.

Je leert inderdaad schrijven door te schrijven en te schrijven en te schrijven. Talent alleen is niet genoeg, je moet het talent aanwakkeren. En dat kun je doen door een cursus te volgen of met andere geïnteresseerden een schrijfgroep te vormen. Je moet jezelf ook deadlines geven en proeflezers zoeken die je eerlijk hun mening geven.”

Je begeleidt ook leesclubs. Zijn schrijvers lezers? Of niet per se?

“Je leert ook schrijven door te lezen als een schrijver. Als schrijven je passie is, dan wil je ook weten hoe de groten het doen. Hoe wisselen zij van vertelstandpunt, welke metaforen gebruiken ze, hoe zijn hun personages uitgewerkt, hoe bouwen ze spanning op? Lezen als een schrijver is heel belangrijk voor een schrijver in spe. En wéér moet je daar tijd insteken.”

Welke ultieme tip kun je de lezers van Zin Magazine met schrijfambities meegeven?

“Schrijfplezier hebben is het belangrijkste. Je wilt toch geen uren en uren, wat zeg ik, maanden, járen tegen je zin achter je computer zitten? Het mag wel eens moeilijk gaan maar als het schrijfplezier overheerst, blijf het dan alsjeblieft doen. Niet later, maar nu. En als schrijven je passie is, kun je elke saboteur te lijf gaan. Veel succes en blijf schrijven!”

Over het boek

‘Ooit schrijf ik een boek.’ We horen het vaak zeggen. Maar hoe begin je eraan? En vooral: hoe maak je het af? Op aanstekelijke wijze biedt Kaat Vrancken praktische tips om beter en sneller een verhaal, roman of kinderboek te schrijven. Zo zijn er oefeningen die meteen schrijfplezier brengen en blijkt een goed verhaal ook te kunnen ontstaan zonder goddelijke inspiratie. Met veel vaart en humor rekent ze af met clichés en andere gruwelen – en met schrijfsaboteurs. Wat bijvoorbeeld te doen aan de Uitsteller en de Perfectionist? Met Ga je nu eindelijk dat boek schrijven! heeft niemand meer een excuus om zijn of haar schrijversdroom nog langer uit te stellen.

(Ga je nu eindelijk dat boek schrijven! Querido, € 22,99)

Over de schrijver

Kaat Vrancken (1957) is schrijver en gaf vijftien jaar les in Creatief Schrijven aan de Academie Muziek, Woord & Dans te Genk, België. Ze won met haar vele kinderboeken onder meer een Zilveren Griffel, een Boekenleeuw en een Boekenwelp. Daarnaast begeleidt ze talloze leesclubs. Haar terloopse, lichte en humoristische stijl wordt steeds opnieuw 

Zin in? 

Wij mogen 3 exemplaren van Ga je nu eindelijk dat boek schrijven! weggeven. Kans maken? Deel je gegevens in onderstaand winformulier en wie weet. Meedoen kan t/m 6 maart.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."