Schrijver Nico Dros:
‘Twee zielen, die van schrijver en van historicus, bewonen mijn gemoed’
Hij bleek ernstig ziek. En toen zwierven zijn gedachten als vanzelf over Texel, het eiland van zijn jeugd. Dus moesten de middeleeuwen voor schrijver en historicus Nico Dros (1956) even wachten en schreef hij verhalen voor Eiland van gisteren. Dat gaf energie. In de bundel komen zijn beide kanten aan het woord: die van schrijver én die van historicus.
Na het befaamde Willem die Madoc maakte wilde je eigenlijk nóg een boek over de Middeleeuwen schrijven. Nu is daar Eiland van gisteren, een bundel met Texelse verhalen. Wat deed je van plan veranderen?
“Ik was tot december 2023 inderdaad bezig met een middeleeuwse roman. En toen bleek ik ernstig ziek. Het vergde teveel om met de middeleeuwse wereld door te gaan. Een paar weken deed ik niks, alleen maar patiënt wezen. Mijn gedachten zwierven veel over Texel – ik was in Amsterdam. Een eerder plan voor een Texels boek drong zich aan me op. Op de beste uren van de dag – een à twee uur ongeveer – zat ik te schrijven. Daarna moest ik weer plat maar bleef ik over verhalen nadenken. Maandenlang ging het zo. Ik bleek nog best productief en vond ook afleiding. Die me energie gaf. Zo was het van tevoren niet bedacht, maar zo ging het. In misère ontstond een monter boek. Binnenkort keer ik terug naar het middeleeuwse verhaal.”
Texel is het eiland van je jeugd en van veel van je romans. Je bent niet onverdeeld enthousiast over het eiland. Waar zit dat hem in?
“Gelukkig is geen mens, geen plaats of verschijnsel ideaal, want waar perfectie is, daar ontbreekt elke spanning en elk spel van krachten. In ‘het ondermaans tekort’ wordt een mens uitgedaagd zijn omstandigheden te veranderen; uit datzelfde tekort put een schrijver ideeën.”
Waarom moest dit boek er komen? En hoe kwamen de onderwerpen van de verhalen en essays tot je?
“De vraag heb ik al deels beantwoord, ten tijde van mijn ziekte dus. Maar er komt een emotionele kwestie bij: in tijden van misère of tragiek wordt het eiland als een tweede moeder waar je weer als vanzelf naartoe trekt en waar je troost vindt. Waar je stilaan tot jezelf komt.”
De bundel bestaat uit twee delen: Gisteren en Eergisteren. Dat laatste deel is historische non-fictie in de vorm van essays. Waarom koos je daarvoor? En los van het feit dat jij naast schrijver historicus bent: op welke manier vormen beide delen samen een geheel volgens jou?
“Een schrijver heeft maar één zorg: hoe maak ik van een verhaal, gebeurd of verzonnen, dramatisch gesproken de beste versie? Door het gegeven uit te vergroten dankzij fantasie of verbeeldingskracht, door verteltechniek, bijvoorbeeld met scherpe dialogen, een aanschouwelijke of zintuigelijke stijl of door een uitgekiende spanningsboog. Een andere keer daarentegen door zuinigheid en droogheid van taal die een lezer compleet verrast.
Een historicus schrijft ook een verhaal maar houdt zich strikt aan zijn bronnen en informanten. Het is niet de bedoeling dat hij er verzinsels bijsleept om het verhaal op te leuken. Bij gebrek aan bronnen mag hij wel hypothesen formuleren hoe het misschien gegaan is, maar dat hij zoiets doet, geeft hij heel secuur aan bij de lezer. Bij een mooie bronnenvondst – een dagboek, een oud proces dat goed gedocumenteerd is – kan de historicus door zulk enerverend materiaal zelf ook als verhalenverteller groeien. Zolang de bron blijft wellen. Deze twee zielen bewonen mijn gemoed. Voor mijn boek had ik verschillend materiaal wat hen beiden tot hun recht deed komen.”
De illustraties in de bundel zijn van kunstenaar Ad Blok van der Velden (1913-1980). Wat trof je zo in zijn werk? En welke functie vervullen de illustraties bij jouw teksten?
“Ad Blok van der Velden is een grote landschapschilder geweest. Hij heeft veel werk op Texel gemaakt. Hij doet me denken aan Van Gogh, al vind ik Blok in meerdere opzichten beter. Hij zou eigenlijk een eigen museum op Texel moeten hebben. Er was jammer genoeg geen budget om in mijn boek een handvol schilderijen in kleur af te drukken. Dan maar in zwartwit, dacht ik, gewoon voor de sfeer. Ja: de sfeer. Maar goed, zijn kleuren zijn fantastisch; zie het omslag van de bundel. Als je deze ziet, zomert het meteen in je gemoed. En als je dan gaat lezen, blijft dat zo.”
Welk verhaal is jouw extra dierbaar en waarom?
“In het verhaal Op excursie figureert mijn broer Jaap zoals hij ook werkelijk was als leraar. Naar buiten met de jeugd en dan naar bloemen en planten in het wild kijken. Dat loopt niet altijd goed af. Jaap en ik zijn een leven lang behalve broers ook altijd vrienden geweest. Hij figureert in een van mijn vroegste herinneringen, toen ik 3 jaar was en te water raakte bij een poging pinksterbloemen aan de slootrand voor moeder te plukken. Hij, twee jaar ouder, kreeg me niet uit de modder vandaan. Toen zette Jaap een keel op, waarna mijn vader met het melkerskrukje aan zijn kont bungelend de stal uit kwam stuiven. Vorige zomer, drie weken voor de dood van Jaap, hebben we het nog uitvoerig over dit bijna fatale incident gehad.”
Het Tessels is een taal die niet veel meer wordt gesproken. Spreek je het zelf?
“Mijn broer Jaap en ik spraken veel Tessels met elkaar, maar dan wel de variant uit Oudeschild – Skil – dat was letterlijk onze moederstaal. En wij waren daar in onze jeugd ook veel te logeren, bij oemoe & oppa. Als je wilt horen hoe het Tessels klinkt, en welke beeldrijke uitdrukkingen deze streektaal bezit, ga dan naar mijn Youtube-kanaal:Youtube.com/@nwdros. Er zijn ook opnamen van gedichten in het Tessels die gezongen worden.”
In welk opzicht is het Texel van vandaag de dag anders dan het Texel van een halve eeuw geleden? Kom je er nog graag?
“In mijn kindertijd moet het er nog behoorlijk rustig zijn geweest maar toen ik ging puberen, werd het toerisme snel massaal. In de 70er jaren bedroegen de wachttijden voor de veerboot dikwijls tien uur. De meeste huisvaders hadden inmiddels een auto gekocht. Vijftig jaar later is het nóg veel drukker geworden. En het levenstempo is veel haastiger, ook voor eilandbewoners die vroeger bekend stonden om hun traagheid. Ik begrijp wel dat iets wat mooi is vandaag de dag onder de voet wordt gelopen, dat gebeurt overal. Er zijn trouwens nog wel rustige gebieden buiten de stroom volk. Toeristen klitten graag bijeen. En wie de echte rust zoekt: heel vroeg opstaan, net als mijn vader vroeger deed als hij ging melken, en dan op een bankje gaan zitten, aan de bosrand.”
Over het boek
Met Eiland van gisteren schetst Nico Dros, geboren Texelaar, het eiland in al zijn kleuren. Hij weet aan Texel, naast drama en vlijmend leed, een ruwe lieflijkheid te geven die de lezer blijmoedig stemt.
De tien verhalen van het eerste deel roepen een rustieke samenleving op zoals die ruim een halve eeuw geleden nog bestond. In het tweede deel – over het eiland van eergisteren (1850-1925) – maken we kennis met het dagboek van Jacob Huizinga, een doopsgezinde vermaner die probeerde zijn kerkvolk van drank en ontucht af te brengen, het verhaal van Frerik van der Vis, een visserman die zijn leven in een berijmd volksepos gestalte gaf en Floris Dekker, een ‘ziener’ die de patriarch werd van een kleine gemeenschap in een kwijnende polder. Het boek eindigt met een montere beschouwing over het Tessels, een streektaal die op sterven na dood is. Maar Dros wekt haar tot leven.
(Eiland van gisteren, Van Oorschot, € 21,50)
Over de schrijver
Nico Dros (1956) studeerde geschiedenis in Amsterdam. Hij debuteerde in 1991 met de historische roman Noorderburen In 1994 volgde de verhalenbundel Familiezaken, in 1999 de Bildungsroman Ter hoogte van het Salsa-paviljoen en in 2006 de scabreuze roman Dromen van de bok. Nico Dros schrijft niet alleen fictie. In 2003 verscheen Het angstzweet der kolonialen, een bundel essays over Java gedurende de eeuwen van Nederlandse overheersing. In 2010 verscheen De sprekende slang; een kleine geschiedenis van laaglands fundamentalisme. Dit boek werd genomineerd voor de Libris Geschiedenis Prijs. In 2012 verscheen de bejubelde roman Oorlogsparadijs en in 2015 de verhalenbundel Langzaam afbouwen op deze planeet.
Een voorlopig hoogtepunt in het oeuvre van Nico Dros is zijn in 2021 verschenen middeleeuwse roman Willem die Madoc maakte. Het boek werd maar liefst drie keer genomineerd (onder meer voor shortlist Libris Literatuur Prijs 2022) en vele malen herdrukt. Nicodros.nl
Zin in?
Wij geven 3 exemplaren van Eiland van gisteren weg. Kans maken? Deel je gegevens in onderstaand winformulier en wie weet. Meedoen kan t/m 31 juli.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."