BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
Schrijver Mark Boog

Schrijver Mark Boog

‘Als 12-jarig jongetje mocht ik met een kaart op schoot de route naar ons Franse vakantieadres uitzetten’

Misschien durfde hij niet, of is hij het in de verwarring van de puberteit gewoonweg vergeten. Schrijver Mark Boog (1970) is op schrijfgebied een laatbloeier, vindt hij zelf. Maar toen hij er eenmaal mee begon, is hij niet meer gestopt. Veel poëzie volgde – en later ook af en toe een roman, zoals nu De cartograaf en de wereld.

Je bent begonnen als dichter en daarin nog altijd bekwaam en befaamd. Is dat hoe je jezelf vooral ziet? Of toch ook als romancier?

“Ik ben zowel dichter als schrijver, al is er wel een verschil. Ik schrijf altijd gedichten, ook als ik bezig ben aan een roman, anders word ik heel onrustig. Maar er zijn wel langere perioden dat ik niet aan proza werk. Poëzie is in die zin belangrijker voor me, maar ik zou het lange, intensieve project dat een roman is toch ook niet graag missen.”

Hoe en wanneer ontdekte je de schrijver/dichter in jezelf?

“Ik ben pas laat gaan schrijven, op mijn 22ste. Wel was het op een of andere manier volkomen logisch: ik las als kind al veel en ben er eigenlijk altijd van overtuigd geweest dat ik uiteindelijk zelf zou gaan schrijven. Waarom ik dat dan niet al eerder ook echt ben gaan doen, weet ik niet goed. Misschien durfde ik niet, of ben ik het in de verwarring van de puberteit gewoonweg vergeten – zoiets. Maar toen ik er eenmaal mee begon, ben ik niet meer gestopt.”

Hoe ziet een schrijfproces bij jou eruit? Maak je echt werkdagen achter een bureau bijvoorbeeld?

“Als ik een roman schrijf wel. Na de eerste fase, die van de ideeën en het plannen, komt dat toch – ook – neer op doorwerken tot het af is. Gedichten en korte verhalen ontstaan spontaner, intuïtiever.”

Kortgeleden verscheen je roman De cartograaf en de wereld. Hoe is het verhaal over de cartograaf Paulus tot je gekomen? Waarom een cartograaf?

“Landkaarten zijn een interesse die ik als kind al had, vanaf de tijd dat ik als ongeveer 12-jarig jongetje op de passagiersstoel naast mijn vader met een kaart op schoot de route naar ons Franse vakantieadres mocht uitzetten. Toen ik in een voetnoot van een boek over cartografie Paulus tegenkwam, een bijna naamloze cartograaf over wie nauwelijks iets bekend is, was het plan voor een historische roman snel geboren.”

Het verhaal speelt zich af in de 17de eeuw. Heb je veel research gedaan naar die tijd?

“Ja, ik heb veel gelezen en bekeken, veel meer dan er uiteindelijk in het boek terecht is gekomen. Ik wilde voorkomen dat het boek een opsomming van feitjes en wetenswaardigheden werd – sommige historische romans hebben daar last van, maar moest wel voldoende kennis hebben om de wereld waarin het verhaal zich afspeelt geloofwaardig neer te zetten.”

Waarom is Paulus zo gefrustreerd dat ‘afbeelding en werkelijkheid nooit helemaal overeen kunnen komen’? Is dat niet heel logisch?

“Dat is enerzijds heel logisch, maar anderzijds iets wat iedereen voortdurend vergeet. Of het nu het eigen geheugen is of een krantenbericht of zelfs een foto of filmpje: we denken dat we de waarheid zien. Dat het altijd maar één kant ervan is, gekleurd en verdraaid door interpretatie en vooral ook door wat weggelaten is, buiten beeld gebleven, zijn we ons vaak niet bewust. Voor Paulus zijn kaarten een manier om de wereld te begrijpen, te vereenvoudigen. Dat ze altijd en per definitie tekortschieten, frustreert én fascineert hem.”

Paulus is verliefd op zijn kamerverhuurster Catharina. Wat betekent zij voor hem? En waarom beantwoordt ze zijn liefde niet volledig?

“Ze vertegenwoordigt de nieuwe, grote wereld waarin hij terecht is gekomen – denk ik; hijzelf is gewoon verliefd, en daardoor niet helemaal toerekeningsvatbaar. Die is prachtig, overweldigend en voor hem gedeeltelijk onbegrijpelijk. Ze kan zijn liefde niet volledig beantwoorden, omdat ze daarmee haar maatschappelijke positie zou verliezen. Als weduwe kan ze een zaak bestieren, zelfstandig zijn, als getrouwde vrouw zou dat onmogelijk zijn. Of ze zijn liefde volledig zou wíllen beantwoorden of dat hij alleen maar aangenaam gezelschap is, weet Paulus niet – de twijfel daarover is een van de dingen waarmee hij in het boek worstelt.”

Hij tekent in zijn wereldkaart een ‘nog onontdekt’ eiland: Isla Catharina. En denkt daarmee haar liefde te winnen. Hoe komt hij daarbij? Is Catharina wel gevoelig voor landkaarten?

“Ik denk niet dat Catharina zo gevoelig voor landkaarten is als Paulus, maar misschien dat ze het gebaar wel zou waarderen. Het zou natuurlijk beter zijn als Paulus gewoon zou zeggen wat hij te zeggen heeft. Maar dat kan hij niet of durft hij niet, dus kiest hij deze tegelijk onhandige en elegante omweg.”

Wat zou Paulus pas echt gelukkig maken? En wat is zijn doel in het leven?

“Wat hem gelukkig maakt, merkt hij een paar keer in het boek: bezig zijn, of dat nu met werken is of in de liefde, en daarbij de tijd vergeten. Als het verhaal een paar eeuwen later zou spelen, zou je het een flow kunnen noemen. Zijn levensdoel is het om de wereld te begrijpen, en er dan een eigen plek in te vinden.”

Wat hoop je dat de lezer bijblijft als hij dit boek dichtslaat?

“Wat ik vooral hoop is dat het boek niet meteen uit is, dat de lezer er nog iets aan overhoudt, iets om over na te denken of een sfeer die blijft hangen. Dat zijn voor mijzelf de meest geslaagde leeservaringen: dat ik in de dagen erna nog af en toe terugkeer naar een boek, dat ik er niet helemaal klaar mee ben ook al heb ik het uitgelezen. Of dat in dit geval nu herinneringen zijn aan personages die tot leven zijn gekomen, filosofische overdenkingen over werkelijkheid en afbeelding of de geuren en kleuren van een 17de-eeuwse stad, zal afhangen van het type lezer dat iemand is. Maar ik hoop dat het boek die mogelijkheid ten minste biedt.”

Is het na deze roman dan weer tijd voor een dichtbundel of werkt dat niet zo bij jou?

“Ik werk nu aan een verzameling korte verhalen en aan een lang gedicht. Tegelijk schrijf ik, zoals altijd, losse gedichten, maar wanneer die ineens samenkomen en een logische bundel vormen, is moeilijk van tevoren te zeggen.”

Over het boek

Als de zee het noord-Duitse stadje Husum bedreigt, vertrekt een jonge cartograaf met zijn tekeningen onder de arm naar Amsterdam, de stad waar men in de 17de eeuw de beste land kaarten maakt. Hij vindt snel (slechtbetaald) werk, hij beheerst zijn vak. ‘Ik durf te zeggen dat ik de zeeën beter ken dan zij die erover varen,’ zegt Paulus, maar hij weet inmiddels ook dat ‘afbeelding en werkelijkheid nooit helemaal overeen kunnen komen’. Elke landkaart schiet tekort, laat dingen weg, trekt zaken uit hun verband, vervormt. Nog groter zijn de twijfels wat de liefde betreft, de liefde voor zijn kamerverhuurster. Niet alleen omdat Catharina ouder is dan hij, maar ook omdat hij volledig onervaren is. Waarom laat zij hem soms in haar bed slapen, om hem vervolgens geen blik waardig te gunnen? Is ze daadwerkelijk zo’n onafhankelijke ziel? Om haar liefde te winnen, tekent hij in zijn wereldkaart, vlak naast de evenaar, een ‘nog onontdekt’ eiland: Isla Catharina. Het is waar: elke landkaart trekt zaken uit hun verband, vervormt. Een van de beste Nederlandse hedendaagse dichters betovert ook als prozaïst. Zijn roman toont niet alleen een ingenieuze blik op een wereld die in rap tempo verandert, maar ook op de liefde voor een vrouw die het oude (ongelijke) patroon niet meer kan en wil volgen.

(De cartograaf en de wereld, Cossee, € 22,99)

Over de schrijver

Mark Boog (1970) schreef de dichtbundels Alsof er iets gebeurt (C. Buddingh’-prijs 2001), Zo helder zagen we het zelden (2002, genomineerd voor de J.C. Bloemprijs), Luid overigens de noodklok (2003) en De encyclopedie van de grote woorden (2005, bekroond met de VSB Poëzieprijs). Zijn dichtbundel Het eigen oor (2007, met cd) is een keuze uit eigen werk. Er moet sprake zijn van een misverstand (2010) werd geroemd als een van de drie beste dichtbundels van dat jaar. In 2013 verscheen zijn zevende dichtbundel Maar zingend. Boog is ook de auteur van de Gedichtendagbundel 2008: Alle dagen zijn van liefde. In De rotonde brengt Mark Boog voor het eerst zijn twee koningsdisciplines, de poëzie en het proza, in een roman in verzen bij elkaar. Van de romancier Mark Boog verschenen zes romans, waaronder Café de Waarheid (2018). Zijn nieuwste roman is De cartograaf en de wereld, zijn recentste dichtbundel Het einde van de poëzie (2022).

Zin in?

Wij geven 3 exemplaren van De cartograaf en de wereld weg. Kans maken? Deel je gegevens in onderstaand winformulier en wie weet. Meedoen kan t/m 2 april.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."