‘Ik trek me terug in mijn schuilplaats’
Een nieuwe column van Hanneke Groenteman
Een nieuwe column van Hanneke Groenteman: ‘Vroeger wist je waar je bij hoorde, wat je moest vinden en waar je tegen was.’
Overzichtelijk
Als ik aan mijn jonge jaren denk, zo vanaf mijn 6de jaar, na de oorlog, heb ik het gevoel dat alles, politiek gezien, toen overzichtelijk was. Dat je wist waar je aan toe was, waar je bij hoorde, wat je moest vinden en waar je tegen was. Voor mijn ouders was het nooit een vraag op wie ze moesten stemmen. Van oudsher sociaaldemocraten, voor altijd sociaaldemocraten. Ze hadden de handen vol om hun leven na de verwoestende oorlog weer op de rails te krijgen. Werk, woning, gezondheid, daar ging het om. Maar politiek? Levensovertuiging? Geen probleem. Mijn grootouders waren diamantbewerkers en oprichters van de vakbond, mijn ouders gingen (stapje hoger op de ladder) naar kantoor en waren lid van de Partij van de Arbeid en de vakbond, en ik? Ik werd ook opgevoed als kleine sociaaldemocraat die het hopelijk nog ietsje verder zou schoppen in het leven. Ik ging naar de AJC (Arbeiders Jeugd Centrale), naar de Volksmuziekschool, zwom bij de Watervrienden (socialistisch) en alle vakanties gingen wij met de hele familie naar hotels van de vakbond, de Troelstra-oorden. De VARA, het Vrije Volk-lezers en in verkiezingstijd grote affiches van de PvdA voor het raam. Lijst 1. Wat een walhalla van overzichtelijkheid.
Brief aan de koningin
Bij mijn katholieke buurmeisje stond alles in het teken van de kerk. En bij een ander vriendinnetje van de gereformeerde kerk. We waren allemaal dik tevreden in onze zuil en gunden elkaar het licht in de ogen. Er werd niet gecanceld en het woord woke bestond niet. Ik betrap me tegenwoordig steeds vaker op een heftig heimwee naar die heerlijke, onschuldige tijd. Je keek gewoon niet verder dan je neus lang was en onze zuilen wisten wat goed was en hadden gelijk. Ik heb zelfs een brief geschreven aan de koningin om een nieuw AJC-uniform, waar mijn ouders geen geld voor (over) hadden. Ik was toen 8. Nooit antwoord gekregen. De koningin was blijkbaar niet van onze zuil.
Driftige mieren
Nee, dan nu. Ik heb het gevoel dat we allemaal als driftige mieren door elkaar heen hollen, elkaar wegduwend, vertrappend, het licht niet meer in de ogen gunnend. Iedereen wantrouwt iedereen, ook de overheid gaat uit van het slechte in de mens en controleert controleert controleert. We barsten van de welvaart en zijn doodsbang iets daarvan te verliezen. Ik heb het gevoel dat alles splijt, en splitst en splintert, zowel binnen als buiten de politiek. De scherven van de fragmentatiebom vliegen me om de oren. Ik weet niet meer waar ik kan schuilen, wil me best met van alles bemoeien, maar durf niet goed. Waarmee? Met wie? Hoe dan? Ik trek me terug in mijn schuilplaats, een stacaravan op een doodstil plekje zonder lawaai van buitenaf. Alleen wifi, want daar kan ik niet buiten. Ik neem mijn poes op schoot en verlang naar socialistisch schoonzwemmen bij de Watervrienden.
Hanneke Groenteman (1939) is programmaker, journalist en schrijver. In Zin schrijft ze over waar ze tegenaan loopt. Hanneke heeft één zoon, Gijs. Hij heeft vier kinderen (twee dochters en twee zonen). Zij zijn Hannekes Grote Liefde.
Nooit meer een column van Hanneke missen? Met deze aanbieding lees je Zin wel erg voordelig.