Jan van Mersbergen: ‘Mijn vader is eigenlijk ook een schrijver’
En jawel, het boek heeft hen dichter bij elkaar gebracht.
In een poging zijn keuzes in het leven te begrijpen, schreef Jan van Mersbergen (1971) een boek over zijn eigengereide vader. Een kluizenaar die dag in dag uit verwoed werkt aan een paradijs in ‘zijn bos’. En jawel, het boek heeft hen dichter bij elkaar gebracht.
Waarom moest dit boek over je pa er komen?
“Mijn vader is een eigengereide man, met heldere opvattingen en een bijzonder leven. Zijn keuzes zijn erg eigen, hij handelt en doet vooral, en hij heeft altijd voor zijn eigen vrijheid gekozen. Merendeels buiten de maatschappij. De actuele discussie over de vrijheid die je zelf wilt en het effect van die vrijheid op andere mensen, dat wilde ik onderzoeken. Hij is vader en getrouwd met mijn moeder. Als zoon ben ik dichter bij hem gekomen in een poging zijn keuzes te begrijpen.”
Je vader leeft een eigen leven, als een soort kluizenaar. En is getrouwd met je moeder. Hoe werkt het tussen hen?
“Zeker zijn ze getrouwd, al meer dan 50 jaar, en hun levens zijn totaal vervlochten. Het idee van het land was van mijn vader, het was zijn droom. Ik denk dat hij het gezin en een relatief normaal leven in een rijtjeshuis in het dorp naast zijn land heeft kunnen hebben dankzij het huwelijk met mijn moeder. Haar familie had veel meer een sociale insteek, in al hun doen en laten: altijd samen, bij elkaar op bezoek, bij de biljartvereniging, de voetbalclub. Ik dacht voor ik met het schrijven van dit boek begon dat mijn moeder die sociale kant een beetje ontnomen is, maar het is juist omgekeerd: zij heeft mijn vader gesteund in zijn droom, en dat is juist het sociale van hun relatie.”
In hoeverre lijken jullie op elkaar en verschillen jullie van elkaar? Hoe is jullie band?
“Ik moet oppassen geen Stef Bos-liedje hier als antwoord te geven. Natuurlijk lijk ik op mijn vader, op een aantal punten: hard werken, doen, handelen en leveren. Dat kan hij erg goed, dat is voor mijn schrijven ook erg belangrijk. Maar er is ook afstand, omdat ik het teruggetrokken bestaan – dat de laatste jaren wel opengegooid is – nooit begreep. Dat is mijn sociale kant, of beter gezegd: mijn behoefte aan contact en andere mensen. Nu zitten we op ons gemak bij elkaar, en kunnen we beter praten over onze eigenheid. Dat heeft dit boek me opgeleverd.
Er is dus gelijkenis in werken, verschil op sociaal vlak. Mijn vader zal dat laatste bestrijden, want hij heeft op zijn land ook veel contact en er werken vrijwilligers. Mijn tegenargument is dat dat contact is ingegeven door het land en het werk. Voor mij is contact juist zonder zo’n verband erg belangrijk. Gewoon met vrienden bij elkaar zitten, een heel weekend, zonder zo’n basis. Met een voetbalteam elkaar opzoeken zonder dat er een wedstrijd is. Dat is het verschil.”
Hoe heb je je, zo afgezonderd als je vader leeft overdag, in zijn leven verdiept?
“Juist door hem op te zoeken, en mijn moeder ook. Gewoon vragen: waarom heb je dat land gekocht? Als hij dan zei: ‘Dat wilden wij’, kon ik doorvragen. Ten eerste is iets willen nog steeds heel vaag, en ten tweede vroeg ik dan later mijn moeder of ze ook zoiets wilde. Dat opende het gesprek. Met Jozef van den Berg als kapstok, want die drukbezochte kluizenaar was eigenlijk het uitgangspunt van dit boek.”
Begrijp je je vader na het schrijven van Mijn pa is nooit alleen nu beter? Is je beeld over hem veranderd?
“Zeker. Ik ontdekte dat mijn vader eigenlijk ook een schrijver is. Zijn droom van een land en dat beheren en bijhouden heeft hij opgezet vanuit prozateksten van Walden en Knut Hamsum. Een soort ideaal uit de jaren 70 om zelfvoorzienend te zijn. Het vraagt erg veel, vooral veel werk, en dat heb ik altijd moeilijk gevonden. De gevangenis van het arbeidsethos. Nu weet ik dat het leven zelf de basis is voor zijn land. In een mooi verhaal dat hij schreef over het land zoals hij het voor het eerst zag, onder een laagje sneeuw, voel ik direct dat het land voor hem leeft. Die spiritualiteit kenmerkt mijn vader. Het werk is veel groter dan de spiritualiteit, dat zeker, maar dat is ook de bescheidenheid om niet te veel in je hoofd te gaan zitten. Veel meer te vóelen wat het leven zelf met hem en het land deed. Dat vind ik heel mooi.”
We kennen je vooral als romanschrijver. Hoe anders was het om dit boek te schrijven?
“In dit boek voer ik voor het eerst geen fictie-elementen op. Ik heb geen namen veranderd en vertel gewoon mijn eigen verhaal. Romans zijn altijd gedoseerd, deels verzonnen, zaken worden uitvergroot, overgeslagen. Nu was er alleen het verhaal van mijn ouders, en daardoor mijn eigen verhaal. Heel bevrijdend. Het maakt ook wel weer dat ik zin hem om aan een roman te gaan werken en even weinig persoonlijks, voor zover dat kan, in proza te stoppen.”
Gratis lezen? We geven 5 boeken van Jan weg. Klik hier om kans te maken.
Over het boek
Eind jaren 70 kopen de ouders van Jan van Mersbergen een afgelegen stuk land. Sindsdien fietst zijn vader elke dag door de polder naar zijn Bos, van een hectare groot, dat hij compleet verbouwt tot paradijs. Jan begrijpt zijn teruggetrokken vader niet; zodra hijzelf het dorp verlaat, mist hij de mensen.
In dit zeer persoonlijke boek gaat Jan op zoek naar zijn vader als kluizenaar: een liefdevolle zoektocht waarin hij probeert zijn teruggetrokken vader te begrijpen. De zoektocht leidt langs andere afgezonderde figuren zoals Sint-Amadour, Jozef van den Berg en Robinson Crusoë en mondt uit in een ode aan Jans moeder. Mijn pa is nooit alleen is een openhartig en liefdevol relaas over eenzaamheid en familiebanden, over zonderlinge mannen en sterke vrouwen.
(Mijn pa is nooit alleen, Lebowski, € 22,99)
Jan van Mersbergen (1971) is een veelzijdig schrijver van onder meer tien romans, drie thrillers en een carnavalsboek. Met zijn roman Naar de overkant van de nacht (2011) won hij de BNG Nieuwe Literatuurprijs en werd hij genomineerd voor de AKO Literatuurprijs, de Gouden Uil en de Libris Literatuur Prijs. Zijn vorige roman, Een goede moeder, werd lovend ontvangen.