Fietsen langs abdijen en (kasteel)tuinen
Met legio tips, websites en 3 routes
Wij vroegen Rick de Leeuw (1960) en zijn vriendin Maartje Elants om de fiets te pakken en op zoek te gaan naar de mooiste abdijen en tuinen in het Vlaamse platteland. Het werden drie zomerse tochten vol bier, historie, kazen, kruiden en liefde. Nú in Zin magazine.
Route 1: Postel-Achel
Rond de middag parkeren we onze auto bij de abdij van Postel. De bomen aan weerszijden van de dreef bieden schaduw, vandaag belooft een warme dag te worden. Eerder vanmorgen hebben we bij fietsparadijs Limburg twee fraaie fietsen gehuurd. Waar wij wonen is het landschap vrij heuvelachtig en een stadsfiets, onontbeerlijk in Amsterdam, zou hier onpraktisch zijn. De routes die we voor de komende dagen hebben uitgestippeld zullen echter vlak genoeg zijn om onze koersfietsen thuis te laten.
De kruidentuin
Broeder Danny van de abdij van Postel maakt graag even tijd voor ons vrij. Hij heeft het druk. “Sinds ik hier tot provisor ben benoemd, worden zo ongeveer alle vragen naar mij doorverwezen. Maar meer dan mijn best kan ik niet doen, toch?” Hij haalt zijn schouders op en lacht dezelfde schaterlach als vroeger. Als we de kaasmakerij binnengaan, worden we verwelkomd door de zoete geur van melk, de schappen liggen vol met rijpende kazen. “De vraag naar onze kazen is niet teruggelopen maar sinds de pandemie gaat het met horten en stoten. En ik kan niet meer leveren dan ik heb. Op is op. Kaas heeft tijd nodig. Maar niet iedereen begrijpt dat, kaas laat zich niet dwingen.”
Vorig jaar is Broeder Guy onverwacht gestorven. Een groot verlies. Broeder Guy was de een na jongste in de abdij en als herborist was hij verantwoordelijk voor de kruidentuin. “Dat was zijn lust en zijn leven,” vertelt Danny, “hij maakte allerlei drankjes, crèmes, tincturen en capsules. De ginseng van Postel is dankzij hem wereldwijd een begrip geworden.” Nu heeft Danny de taken van Broeder Guy overgenomen. Nog wat onwennig loopt hij door de schitterende tuinen. “Toen ik met kaasmaken begon, wist ik daar ook weinig van,” stelt hij ons en zichzelf gerust, “dus met die planten hier zal het ook wel in orde komen.” Als we even later zijn heerlijke kazen proeven, weten we plots zeker dat het allemaal goed gaat komen.
Te slim af
Onze fietstocht schuurt hier en daar langs de grens met Nederland en leidt ons door een prachtig heidelandschap, over schelpenpaden door naaldboombossen en de zandvlaktes van de Lommelse Sahara. Ten noorden van Pelt ligt het klankenbos, dat eigenlijk een bezoek waard is, maar wij rijden door en stappen pas af in de Ruiterstraat in Achel. Daar is over een lengte van tweehonderd meter een reconstructie gemaakt van ‘Den Doodendraad’.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd op bevel van het Duitse leger een prikkeldraadversperring onder hoogspanning van meer dan driehonderd kilometer tussen het bezette België en het neutrale Nederland geplaatst, van Maastricht tot aan de Noordzee. Honderden mensen hebben aan dit draad het leven gelaten in een poging te ontkomen aan de waanzin van de oorlog. Duizenden mensen hadden meer geluk en vonden een veilig heenkomen aan de andere kant van de grens. De gruwel van ‘Den Draad’ én de vele inventieve manieren om de Duitsers te slim af te zijn, worden getoond in het nabijgelegen Grevenbroekmuseum.
Hier wandelen?
Fluweelzacht
Ook voor de Abdij van Achel – de Achelse Kluis – had deze geschiedenis een grote impact. Den Draad werd in 1916 recht over hun grondgebied getrokken omdat de Abdij letterlijk op de grens ligt. Niet alleen sloopten de Duitsers de muren van de Abdij om de dodelijke grens te trekken, een jaar later ontmantelden ze zelfs de complete bierbrouwerij van de Abdij om het koper om te smelten tot wapens. Het duurde tot het einde van de vorige eeuw voor de traditionele Trappist hier weer gebrouwen kon worden. Op het ruime terras op de binnenkoer van de Abdij staan de vier verschillende soorten bier op de tap. Volgens de kaart volgt bij de Achel Blond na de volle smaak een lange afdronk waarin de bitterheid door fluweelzachte mouttoetsen wordt getemperd. Op de fiets terug naar Postel genieten we hier, mede vanwege de lome benen, nog lang van na.
Ook fietsen?
De abdijenroute Postel-Achel is 76,6 km. Kijk op:
Route 2: Tongerlo-Averbode
Wie een identieke, op doek geschilderde versie van Het laatste avondmaal van Leonardo Da Vinci uit 1498 wil bewonderen, pakt de fiets en rijdt door een schitterende omgeving naar de Abdij van Tongerlo (Tongerlo.org). Daar hangt al sinds 1545 een door leerlingen van Da Vinci vervaardigde replica, waarvan sommige deskundigen zelfs beweren dat niet alleen de figuren van Johannes en Jezus door Da Vinci hoogstpersoonlijk geschilderd zijn, maar dat zelfs het gehele werk van zijn hand is. Perfect bewaard en vanaf volgend jaar weer in volle glorie te bezichtigen. Nu hangt in de kerk van de Abdij een geprinte kopie van deze replica van het origineel boven de uitgang.
Pater Jos
De fietsroute van Tongerlo naar Averbode is perfect aangegeven en leidt van Abdij naar Abdij. Vooral de laatste kilometers zijn prachtig en na een stevig klimmetje staan we aan de poort van de Abdij van Averbode (Abdijaverbode.be) die toegang biedt tot een monumentaal binnenplein. Het hoofdgebouw doet denken aan de kastelen in de Franse Loire-streek en wordt weerspiegeld in de forse waterpartij ervoor. De imposante kerk rechts ervan en de uitgestrekte landerijen links geven het domein een vanzelfsprekende allure.
“In de zalen rond het binnenplein worden seminars gegeven, en behalve de kerk is er zonder vooraf gemaakte afspraak weinig te bezichtigen,” vertelt pater Jos ons. Hij is verantwoordelijk voor de contacten met de buitenwereld. “Er wonen en werken nog altijd zo’n zeventig Norbertijnen binnen de muren van de Abdij, en hun privacy is een belangrijke voorwaarde bij alle activiteiten.”
Juwelen
Om in stijl te blijven logeren we deze nacht in Scherpenheuvel, de bekendste bedevaartsplaats van Vlaanderen. Op het hoogste punt staat de Basiliek van Onze Lieve Vrouw van Scherpenheuvel. Het verhaal gaat dat op de dag van de inwijding van deze kerk de latere landvoogdes Isabella van Spanje handenvol goud en juwelen uitstrooide om aan te geven dat er in het leven belangrijker zaken zijn dan aardse goederen. Gegrepen door zoveel goedheid volgden vele toeschouwers haar voorbeeld, een traditie die tot op de dag van vandaag heeft standgehouden. Als wij de basiliek passeren is het stil op straat en zijn alle juwelen die vandaag zijn rondgestrooid waarschijnlijk al opgeborgen.
We eten met uitzicht op de basiliek in De Heerlyckheid, een sfeervol eetcafé waar ‘mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt’ koken met lokale en seizoensgebonden producten. De steak met frieten is zeer welkom en sluit al snel vriendschap met het koele glas Duvel dat we als aperitief in de milde avondzon op het terras dronken. Het is al laat als we onze ogen sluiten in het weelderige bed van guesthouse Mon Dieu (Mon-dieu.be), en ook onze benen zijn blij met een paar uurtjes rust.
Ook fietsen?
De abdijenroute Averbode – Tongerlo is 48 km. Kijk op:
Route 3: Hasselt-Heks
Het majestueuze poortgebouw van de Abdij van Herkenrode toont zich vandaag in al zijn glorie, zelfs als je er op een groene huurfiets onderdoor rijdt. De kasseien ratelen onder onze wielen, en achter die poort strekt een indrukwekkende weidsheid zich voor ons uit. Links ligt een groot plein, omzoomd door stallingen, een koetshuis en een imposante tiendschuur. Rechts een open groene vlakte met historische gebouwen en in het midden een modern kunstwerk dat wonderwel past in deze historische omgeving. We zetten onze fietsen in de stalling en dwalen over het domein.
Een eigen bier
Zuster Jacqueline is een van de laatste bewoners van de Abdij, we ontmoeten haar bij de voormalige abdissenverblijven. In 1959 is ze in Bilzen ingetreden. “Op de dag van mijn intrede deed ik afstand van het wereldse leven, en daar heb ik nooit problemen mee gehad,” vertelt ze ons, “het was een bewuste keuze om non te worden, waar ik nog altijd heel blij mee ben.” Het enige waar ze moeite mee had, was dat ze van de ene op de andere dag een andere naam kreeg. “De mensen die mij kennen van vóór ’59 noemen mij nog altijd Isabelle, dat is de naam waar ik mee geboren ben. Dat is ook de naam van mijn Nederlandse oma uit Neeritter. Je naam zouden ze je eigenlijk niet moeten afnemen, dat is niet meer van deze tijd.” Samen drinken we een verkoelend glas Herkenrode Cister op het terras van de brasserie, die gevestigd is in wat vroeger de paardenstallen waren. Want een Abdij zonder een eigen bier is geen Abdij, althans niet op deze route.
Aards paradijs
Onderweg naar onze laatste halte verandert het landschap. Het wordt groener en glooiender, welkom in de fruitstreek van Vlaanderen, welkom in Haspengouw. De weg kronkelt langs handenvol kastelen en fruitgaarden vol rijpe kersen en appelen en peren in volle groei tot we aan de oprijlaan staan van het kasteel van Hex. Dit kasteel, in de 18de eeuw gebouwd door de prins-bisschop van Luik en schuin tegenover ons huis gelegen, wordt nog altijd bewoond. Slechts tweemaal per jaar zijn de tuinen geopend voor publiek maar voor zijn buren wilde de graaf voor één keer wel een uitzondering maken. Deze tuinen zijn wereldvermaard vanwege de unieke collectie rozen en de schitterende moestuin, de trots van hovenier Gust. We vergapen ons aan de strakke gazons, de perfect geschoren hagen, de bedwelmende geur van duizenden rozen en de veelheid aan kruiden en al dan niet vergeten groenten. Het aards paradijs, op een kleine honderd meter van onze voordeur. Alleen de blonde Ter Dolen, die we straks bij ons dorpscafé Bij Rita willen gaan drinken, ontbreekt. De hemel is altijd een stap te ver voor mensen zoals wij, en gelukkig maar, dat houdt ons in beweging. Het is goed zoals het is. Amen.
Tekst: Rick de Leeuw. Beeld: Maartje Elants
Ook fietsen?
De Haspengouwse terroir-route is 53 km. Kijk op:
Filmpje?
Zin in meer?
Lees het hele artikel in Zin magazine nr.10. Nú in de winkel. Of bestel ‘em hier. Met wel 44% korting.