Suzanna Jansen, auteur van Het pauperparadijs:
‘We lopen nog steeds achter. Nederland is behoorlijk conservatief’
De 20ste eeuw was misschien de eeuw van de grote ideologieën, in de huiskamer heeft pas écht een revolutie plaatsgevonden. Toch vindt Suzanna Jansen (1964), bekend van Het pauperparadijs, dat we er nog lang niet zijn als het over de emancipatie van de vrouw gaat. Ze schreef er een even urgent als persoonlijk boek over.
Hoe groot is de druk als schrijver van het enorm succesvolle Het pauperparadijs om met een nieuw boek te komen?
“Ik vind schrijven moeilijk, een zwaar proces. Het voelt of ik in een tunnel zit waarin je alleen vooruit kunt maar aan het einde geen licht ziet. Je weet niet eens of er een einde is, kunt daar alleen op hopen. Bijna meteen na het verschijnen van Het pauperparadijs – haast vijftien jaar geleden – vroegen mensen al waar mijn volgende boek over zou gaan. En die vraag werd steeds vaker en indringender gesteld naarmate er meer tijd verstreek. Ik dacht steeds: moet ik echt terug die tunnel in? Het was een enorme drempel om mijn tweede boek te schrijven (Ondanks de zwaartekracht, red.) Maar dat boek móest geschreven worden, dus ben ik de drempel over geklauterd. Sindsdien kan ik me iets beter tegen de druk weren. Maar het is nog net zo eng om De omwenteling of de eeuw van de vrouw nu aan lezers bloot te stellen.”
Precies honderd jaar geleden mochten vrouwen voor het eerst stemmen. Waar staan we qua emancipatie?
“In 1922 mochten vrouwen voor het eerst naar de stembus, en nu, in 2022, telt onze regering evenveel vrouwen als mannen. Voor het eerst. Daar hebben we dus honderd jaar op moeten wachten. Ik denk dat dit iets zegt. Vrouwen worden natuurlijk niet meer ontslagen zodra ze trouwen, ze zijn niet meer ‘handelingsonbekwaam’ vanaf hun ja-woord, alle opleidingen en banen zijn open voor v/m/x. Ik heb een tijd gedacht: we zijn er bijna, alleen nog even wennen met z’n allen. Door mijn onderzoek denk ik dit niet meer.
Nu ik weet hoe lang het heeft geduurd voor we allemaal dezelfde rechten hebben veroverd en hoe kort geleden die pas zijn bereikt, is het tot me doorgedrongen dat deze gelijkheid nog niet stevig verankerd is. Internationaal worden er al vrouwenrechten teruggedraaid onder invloed van conservatief-religieuze landen en het groeiende populisme. Kijk naar abortus in Amerika. Ook bij ons staat dit nog steeds in het Wetboek van Strafrecht. We moeten onze gelijke rechten niet voor vanzelfsprekend houden en alert zijn, wij allemaal, v/m/x.”
Spraken je moeder Betsy (1922-2015) en jij veel over de positie van de vrouw?
“Mijn moeder en ik zijn samen geëmancipeerd. Ik was tiener, zij in de vijftig toen we via mijn oudere zus Petra met feminisme in aanraking kwamen. Elk op onze eigen manier maar toch ook samen waren we daar eind jaren 70, begin jaren 80 mee bezig. Daarna hadden we over dit onderwerp aan een half woord genoeg.”
Ben je mede daardoor op het idee gekomen voor het boek?
“Dat kiesrechtjaar 1922 spookte al een tijdje door mijn hoofd. Ik realiseerde me dat de 20ste eeuw wordt gezien als de eeuw van de grote ideologieën, maar hoe zag het leven eruit in de huiskamers waar wij bijna allemaal zijn opgegroeid? Daar heeft een revolutie plaatsgevonden. Ik wilde die eeuw beschrijven vanuit het perspectief van vrouwen omdat hun levens die van ons allemaal hebben beïnvloed. Toen ik een oproep tegenkwam voor ‘abortusbuddy’s’, mensen die vrouwen begeleiden om door de demonstranten heen een abortuskliniek te bereiken, werd dit onderwerp des te urgenter.
Op mijn 16de had ik voor het recht op abortus gestaakt, hoezo moesten we het er wéér over hebben? Vervolgens dacht ik aan mijn moeder en viel het kwartje: door haar leven in de brede geschiedenis te plaatsen kon ik schrijven over gewone vrouwen en tegelijk een soort ‘ondertiteling’ verschaffen bij actuele discussies over de positie van vrouwen.”
Je moeder werkte op kantoor tot ze ging trouwen. Frustreerde dat haar? Kwam ze in verzet?
“Mijn moeder sprak altijd met glans in haar ogen over haar jaren op kantoor. Als een heel belangrijke periode in haar leven. Bij mijn onderzoek ontdekte ik dat ze maar achtenhalf jaar buitenshuis had gewerkt. Wat mijn moeder meemaakte was voor alle vrouwen gewoon: zodra je trouwde, werd je ontslagen. Trouwen betekende: huisvrouw worden voor de rest van je leven. Alle vrouwen werden opgevoed met het idee dat dit hun natuurlijke taak was. Toch kregen veel vrouwen in de jaren 50, 60 last van de ‘huisvrouwenvermoeidheid’. Hoe gek ze meestal ook op hun kinderen waren, ze werden ongelukkig door het geestdodende en geïsoleerde bestaan dat zich alle uren in huis afspeelde. Niet voor niks werd valium zo populair.
Mijn moeder werd opgenomen in een rusthuis voor overspannen huisvrouwen. Ze had migraine en was diepongelukkig. Ik heb de brieven gevonden die mijn ouders elkaar in die periode schreven. Heel aangrijpend: mijn moeder die ziek was maar zich toch de hele tijd schuldig voelde dat ze niet thuis was om voor het gezin te zorgen. En mijn vader die met zijn dochters de moed erin hield.
De emancipatiegolf van de jaren 70/80 was voor veel vrouwen echt een bevrijding. Ze leerden dat ze ook naar andere dingen mochten verlangen. De ‘moedermavo’ – overdag, terwijl de kinderen ook op school zaten – opende voor heel veel vrouwen de wereld. Zodra die lessen ook op vwo-niveau werden gegeven, heeft mijn moeder zich meteen opgegeven. Ze genoot er intens van dat ze na veertig jaar haar hersenen weer kon gebruiken. We zaten in hetzelfde jaar. Ik vond dat mijn moeder irritant hoge cijfers haalde, maar ik was wel trots op haar.”
Hoe verklaar je dat in de VS en het Verenigd Koninkrijk in de jaren 60 al 1 op de 3 vrouwen werkte, en in Nederland maar 3 op de 100?
“Er wordt vaak op gewezen dat Nederland zowel tijdens de Eerste als de Tweede Wereldoorlog niet of nauwelijks heeft gevochten. In landen om ons heen vertrokken veel mannen naar het front en namen vrouwen de economie over. Dat is in Nederland veel minder gebeurd. Na de bezetting werd Nederland bewust gebouwd op het ‘huisvrouw+kostwinnermodel’. Vrouwen die verdienden werden zo zwaar belast, dat het niet loonde. Kinderopvang werd heel lang bewust niet door de overheid gesteund. Dit maakte het des te moeilijker om je tegen de huisvrouwenmoraal te verzetten. We lopen hierin nog steeds achter. Op dit vlak is Nederland behoorlijk conservatief.”
Je moeder en jij doen in 1981 allebei mee aan de staking tegen de abortuswet. Hoe deden jullie dat?
“In 1981 deden vier- tot vijfhonderdduizend vrouwen en meisjes mee aan die staking. Economisch legde dat weinig gewicht in de schaal omdat weinig vrouwen een betaalde baan hadden. Maar een dag het huishouden niet doen, werd wél gemerkt. Mijn moeder sprak zich met die staking voor het eerst openlijk uit. Zij liet de boel de boel – ook al vermoed ik dat ze wel de boodschappen had gedaan zodat mijn vader wat te eten had als hij uit zijn werk kwam. Ik ging die dag niet naar school. Zij, 58, vierde de staking in het buurthuis om de hoek, op vertrouwd terrein. Ik, 16, liep zingend en leuzen scanderend de hele stad door.”
Wat wil je bereiken met het boek? Welke discussie kan het oproepen?
“Ik hoop dat mijn boek niet wordt gezien als een ‘vrouwenboek’. Het gaat ons allemáál aan. Als je terugkijkt, begrijp je beter waar ingewikkelde discussies van onze tijd in wortelen – vrouwen die opgeroepen worden meer uren te maken ten bate van de maatschappij zonder dat er meer kinderopvang is of een andere taakverdeling, het venijnige oordeel over zowel ‘deeltijdprinsesjes’ als voltijds werkende moeders maar niet over vaders, de moeite die het nog altijd kost voor vrouwen en mannen om de vaste rolpatronen los te laten, et cetera. Ik hoop dat mijn boek duidelijk maakt dat kwesties waar individuele vrouwen en mannen mee worstelen niet particulier zijn en niet alleen van nu. Dat we zulke knelpunten dus met z’n allen moeten oplossen. En ook dat deze emancipatie geen gelopen race is.”
Win met Zin
We geven 5 boeken van Suzanna weg. Kansje wagen? Deel in de comments waarom jij De omwenteling of de eeuw van de vrouw wil winnen. 08-11 – Deze winactie is afgelopen. De winnaars hebben per mail bericht gekregen.
Over het boek
Hoe verging het Betsy en haar dochters na Het pauperparadijs? Meesterverteller Suzanna Jansen schetst in De omwenteling of de eeuw van de vrouw de afgelopen eeuw vanuit een nieuw perspectief: dat van de vrouw.
Op een ochtend in 1981 hangt Betsy Jansen-Dingemans een laken buiten. Het is geen wasdag en het laken is niet eens nat. Haar jongste dochter, de auteur, weet: mijn moeder stelt nu een daad, ze sluit zich aan bij de vrouwenbeweging. Betsy is geboren in 1922, het jaar waarin vrouwen voor het eerst kunnen stemmen. Toch tellen ze amper mee: ze krijgen minder loon, worden op hun trouwdag ontslagen en zijn bij wet handelingsonbekwaam.
Honderd jaar later heeft haar dochter meer rechten en is haar wereld groter dan de huiskamer. In geen enkele eeuw veranderde het leven van vrouwen zo sterk – en daarmee dat van ons allemaal. Vanuit het perspectief van haar moeder, haar oudere zus en zichzelf vertelt Suzanna Jansen hoe vrouwen leefden binnen de marges van ondergeschiktheid en dienstbaarheid, en hoeveel strijd het kostte zich daaraan te ontworstelen. Ze legt de anatomie bloot van de tergend trage, maar niet te stuiten omwenteling van de emancipatie. Waarin de genderverhoudingen van onze tijd hun wortels hebben.
(De omwenteling of de eeuw van de vrouw, Ambo Anthos, € 22,99)
De schrijver
Suzanna Jansen (1964) woonde en werkte als correspondent in Moskou. Als journalist schreef ze voor De Morgen, NRC Handelsblad, Trouw, HP/De Tijd en Opzij, en werkte ze voor zowel de VPRO als de VRT. In 2008 verscheen Het pauperparadijs. Het boek groeide uit tot een bestseller waarvan inmiddels meer dan 325.000 exemplaren zijn verkocht en zowel een Duitse als Spaanse vertaling is verschenen. Als dramaturg werkte ze mee aan theaterspektakel Het Pauperparadijs, dat lovend werd ontvangen. Verder verschenen van haar onder meer Ondanks de zwaartekracht (2018) en Wael (2019).