BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
Carly Wijs

Carly Wijs

'Ik ervaar diep vanbinnen dat de meest intense fase nu is'

Ze had de hele tijd het gevoel dat ze iedereen tekortdeed met haar op en neer gereis tussen Amsterdam en Brussel. Dus verhuisde actrice Carly Wijs (1966) zes jaar geleden vanuit de Belgische hoofdstad terug naar Nederland. Nu heeft ze dat gevoel van tekortschieten nog steeds. Maar wachten tot het beter wordt? Nee hoor, alles moet nú gebeuren.

Twee keer per week gaat ze naar haar moeder in Amstelveen. ‘Ik kook voor haar. Niet helemaal naar haar smaak, want te ingewikkeld en iets teveel groente. Zij wil liever vlees. Ik moet gewoon een lekker cordon bleutje voor haar bakken met wat spinazie en aardappels. Maar goed, dan eten we samen en vertelt zij haar verhalen. Wonderlijk genoeg gaan die heel vaak over de Tweede Wereldoorlog, toen ze als 17-jarige bij de luchtmacht ging. Dat was kennelijk de meest intense periode van haar leven. Het doet mij me afvragen: wat zal de meest intense periode voor mij zijn?”

Wat denk je?

Ze is even stil. “Ik denk toch de fase die ik nu beleef,” zegt ze dan. “Bij alle andere fases denk ik: dat is geweest. Het was leuk of min- der leuk. Maar ik ervaar heel diep vanbinnen dat de meest intense fase nú is.”

Carly Wijs zet koffie, negen hoog in Amsterdam-West, de stad aan haar voeten. “Toen mijn zoon 12 werd, zijn we vanuit Brussel hiernaartoe verhuisd. Het leek me beter voor hem om in Nederland de middelbare school te doen. Bovendien was niet lang daarvoor mijn destijds 90-jarige moeder terwijl ze naar de bus rende op straat gevallen. Languit op haar gezicht. Daarna begon ze warrig te worden. Ik dacht: ze heeft niet lang meer, ik moet in de buurt gaan wonen om te kunnen helpen. Mijn zus deed heel veel, zij woont vlak bij mijn moeder, maar ik wilde het niet allemaal aan haar overlaten. Ik had in die tijd het gevoel dat ik iedereen tekortdeed met mijn op en neer gereis tussen Amsterdam en Brussel: mijn kind, mijn moeder, mijn zus, mijn werk. Maar wat blijkt? Nu ik in Amsterdam woon heb ik dat gevoel nog steeds! Kennelijk maakt het niet uit waar ik ben: ik heb sowieso het gevoel dat ik iedereen tekortdoe.”

Inmiddels is haar moeder 97. “We zeggen: nu moet je de honderd ook gaan halen, hoor. Ze wordt steeds iets warriger maar ze heeft ook superheldere momenten. Ze woont met veel hulp nog zelfstandig. Ze heeft heel lieve buren die een oogje in het zeil houden, de thuiszorg komt twee keer per dag langs en elke dag komt er iemand van ons. Ik ga twee keer per week, mijn zus en mijn schoonzusje ook, mijn neefje. Ze heeft dus echt heel veel aanloop. Desalniettemin zegt ze: ‘Nobody visits me’ – we praten Engels, want ze is Schots. Maar mam, zeg ik dan, je krijgt drie keer per dag bezoek!”

Hoe is het voor jou om zo intensief te mantelzorgen?
“Ik zou iedereen gunnen om heel oude ouders te krijgen, want op een gegeven moment kom je in een gebied waarin alle onzin van vroe- ger er niet meer toe doet. Tenzij je vader of moeder je vroeger dagelijks met de zweep afranselde, dan begrijp ik wel dat het niks meer wordt. Maar als het gewoon de gebrui- kelijke dingen waren die nu eenmaal tussen ouders en kinderen spelen: laat ze los. Dat ervaar ik nu. Al het gedoe dat ik vroeger met mijn moeder had, is weg. Ze begreep me niet, ze controleerde me, ze gaf me het gevoel dat ik een slecht mens was. Niet expres, maar het gebeurde wel. Dat bestaat nu allemaal niet meer. We hebben het er niet meer over. Het is nu alleen nog maar zacht. Dat hoort denk ik bij die allerlaatste fase van het leven. Mijn moeder heeft zich overgegeven aan het feit dat ze afhankelijk is, ze is blij dat ze in haar eigen huis kan blijven wonen. Ze moppert wel dat ze weinig bezoek krijgt, maar diep in haar hart weet ze dat het niet zo is. Ons contact is nu heel simpel en daarom heel mooi.”

Dat is een van de dingen die haar leven nu zo intens maken. Daarnaast is er haar werk natuurlijk. “Ik ben bevoorrecht dat ik werk heb waarbij je nooit met pensioen hoeft. Voor actrices boven de 45 is er nooit weinig werk, maar ik heb het geluk dat ik elk jaar wel een paar draaidagen voor film of televisie heb. Als er geen aanbiedingen komen, initieer ik zelf iets. Dit” – wijst op een stapel boeken op tafel – “is voor een volgend project, maar daar ga ik niks over vertellen want ik wil niet dat iemand er met het idee vandoor gaat.

Volgend jaar ga ik met twee actrices een eigen versie van Ingmar Bergmans Herfstsonate doen. Nu ben ik druk met het organiseren van een tour met BOY, een door mij geschreven en geregisseerde voorstelling. Om die makkelij­ ker in Nederland te kunnen spelen, ben ik een stichting aan het opzetten. Dan kan ik hier ook subsidies aanvragen. Ik heb mijn toneel­ praktijk voornamelijk in België gehad, omdat je daar theatercollectieven hebt waarin je als vrouw meer een stem hebt in het productie­ proces. Dat was hier toen ik van de Toneel­ school kwam ondenkbaar. Toen moest je je onderwerpen aan een mannelijke regisseur om verder te komen. Gelukkig is dat nu anders. Stichting Wijs, zoals mijn stichting gaat heten, gaat literair theater maken.”

Carly mag dan weer in Nederland wonen, haar hart ligt nog in Brussel. Voor haar werk als docent aan de toneelschool is ze daar nog wekelijks te vinden. “Brussel is alles voor mij. Als ik er wegrijd en mensen op terrassen zie zitten, denk ik: deze terrassen zijn leuker dan die in Amsterdam. Wat ik zo leuk vind, is dat je allerlei volk door elkaar ziet zitten. In Amsterdam heb je ook buitenlanders, maar dat zijn allemaal rijke mensen. Of het nu toe­ risten zijn die geld genoeg hebben om hier­ naartoe te komen, of expats die op hun dure elektrische fietsen te hard door de stad sjezen – één pot nat. In Brussel vind je mensen die overal en nergens vandaan komen. Je beseft: de wereld is groter dan jijzelf.”

TEKST: LIDDIE AUSTIN | BEELD: ANOUK VAN KALMTHOUT | VISAGIE EN STYLING: MANOUS NELEMANS

Verder lezen?

Lees het vervolg van het interview met Carly in Zin 1. Nu in de winkel. Of bestel ‘em hier online.

De beste artikelen in je mailbox? Meld je aan voor de nieuwsbrief