BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
Vrouwen van de wadden

Vrouwen van de wadden

Leven met een missie

Vijftien jaar geleden werd de Waddenzee opgenomen op de Unesco Werelderfgoedlijst. Anke, Barbara en Ellen wonen en werken er, én hebben er hun hart aan verpand. Waarom vinden ze het Waddengebied eigenlijk zo bijzonder? En ook: hoe houden we dat zo? 

Anke Bruin-Kommerij (1961) is boswachter en buitengewoon trouwambtenaar op Vlieland. Ze geniet van de natuur en ze geniet dubbel als ze anderen meeneemt. Want dan draagt ze ‘een klein zandkorreltje’ bij aan de bewustwording over het Waddengebied. En dat is belangrijk.

Anke: “Als ik ’s ochtends de gordijnen opendoe, stuk lopen, wat rondscharrelen, met m’n kont in het
zie ik de Waddenzee. Dat gaat nooit gedach- teloos, altijd kijk ik: wat doen de wolken, wat doet de wind, hoe ligt het water erbij? En ik realiseer me wat een geluksvogel ik ben. Ik ben geboren op Ameland. Op de middelbare school wilde ik met een vriendin op vakantie naar Terschelling. Dat mocht niet van
mijn ouders: Terschelling was te wild. Vlieland vonden ze wel goed. De jaren daarop gingen we weer. Stappen, feesten, kampvuur op het strand, uitslapen en hetzelfde rondje opnieuw, zo zagen onze vakantiedagen eruit. In de Witte Zeeman zag ik een leuke dj. Die is voor mij, dacht ik. Ik dacht ook dat hij een van de vele vakantiekrachten op het eiland was, maar Dirk bleek Vlielander. Dit jaar
zijn we 34 jaar getrouwd. Ik heb mijn studie hbo jeugdwelzijnswerk nog afgemaakt, maar koos voor Dirk en Vlieland. Ik heb bier getapt, in de bediening gewerkt en patat verkocht. Daarna was ik jarenlang educatief medewerker in het bezoekerscentrum en sinds 1998 ben ik in dienst bij Staatsbosbeheer als beheerder van natuurkampeerterrein De Lange Paal. Ik kan vee verzorgen, de waterstand opnemen en met de motorzaag omgaan, maar als boswachter Publiek leid ik vooral excursies, zet educatieprogramma’s op en houd ik de sociale media bij. Daarnaast ben ik buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand. Ik voltrek huwelijken, niet alleen in het gemeentehuis of in de kerk, maar ook op de vuurtoren, de waddendijk of in het reddingshuisje dat aan het eind van het eiland op de onmetelijke zandvlakte van de Vliehors staat. De Vliehors, daar kom ik het liefst elk weekend. Een stuk lopen, wat rondscharrelen, met mijn kont in het zand naar de wereld koekeloeren, genieten van de ruimte…

Ik ben een rijk mens dat deze natuur bij wijze van spreken mijn achtertuin is. Vlieland is mijn thuis en boswachter op Vlieland is de meest fantastische baan die ik me kan voorstellen. De natuur is elk moment anders, ik geniet daar ontzettend van. En ik geniet dubbelop als ik gasten meeneem het eiland of het wad op en ook hen enthousiast maak. Ik heb een rugzak vol verhalen bij me, over meeuwen en slikgarnalen en alles daartussenin. Na afloop van een excursie hoor ik vaak: ‘Ik kijk nu anders naar de natuur.’ Dat is precies de bedoeling: mensen bewust maken van de kracht en de kwetsbaarheid van de natuur.

Waddenzee vijftien jaar Unesco Wereld­ erfgoed doet mij persoonlijk niet zo veel, behalve dat het meer mensen bewust maakt van de waarde van dit unieke gebied; dát is van wezenlijk belang. Ik zie altijd vooral de positieve dingen, zoals de duinenrij aan de Noordzee die steeds breder en sterker wordt, en dat er de laatste jaren weer zeesterren in de Waddenzee zitten. Maar ik maak me ook zorgen. Wat als ons weer een containerramp overkomt zoals vijf jaar geleden? En ik maak me zorgen over de hoeveelheden gif en plastics die in zee ronddrijven. Het is de hoogste tijd dat econo- mische belangen niet meer altijd voorrang krijgen. De natuur is sterk en kan veel tegenslagen opvangen maar niet als wij haar blijven vergiftigen. Ik kan het verhaal niet vaak genoeg vertellen: wéét hoe belangrijk en uniek het Waddengebied is en bescherm het. Aan die bewustwording draag ik met heel veel liefde een klein zandkorreltje bij.” Staatsbosbeheer.nl/vlieland

In Zin 8/9 lees je ook de verhalen van Barbara en Ellen

Netten uitzetten – vaak midden in de nacht, achter de vissen aanrennen, netten legen, koken met vis en zeewieren: ambachtelijk visser Barbara Geertsema (1969) leeft op het ritme van de seizoenen en het getij.

De minister besluit om een deel van het afval van de containerramp met de MSC Zoe in zee te laten liggen? Dan ruimen we het zelf wel op, besloot Ellen Kuipers (1969), milieukundige en bioloog bij de Waddenvereniging. Zij zette CleanUpXL op en liet al 280.000 kilo rotzooi uit zee vissen.

Ons extra dikke zomernummer ligt nu in de winkel of bestel ‘em hier online!

TEKST: ANNEMARIE BERGFELD | BEELD: SEBASTIAAN RODENHUIS