De love factor
Een nieuwe column van Stef Bos
Lance is een vriend van ons die op Bali woont. Hij maakt daar organische kokosoliezalfjes die zo helend zijn voor allerlei wondjes en huidkwalen, dat hij geen marketingplan nodig heeft om genoeg te verkopen. Iets wat echt goed is, verkoopt zichzelf.
Daarbij is hij het soort mens dat nooit rijkdom heeft nagestreefd qua materie maar altijd gedreven door nieuwsgierigheid zijn tijd en vermogen liever investeerde in een avontuurlijk leven als surfer, surffotograaf (naar het schijnt een van de beste van zijn generatie) en nu met het produceren van kokosolieartikelen. Maar hij is vooral inspirerend gezelschap. Een man met onverwachte inzichten, goeie verhalen. Hij behoort tot het soort mensen dat onbetaalbaar is. Mensen die ideeën rondstrooien als snoep goed in een kinderkamer.
Een poos geleden hadden wij het over ‘The Love Factor’, een fascinerende vaststelling die werd gedaan tijdens de Eerste Wereldoorlog en nu dient als troost voor de huidige tijd waarin we elkaar als mensheid ook weer her en der te lijf gaan. Dat je als gezond mens denkt: hou daar nou toch eens een keer mee op. Wel, dat gaat een keer gebeuren, want er schuilt in ons allen een ‘Love Factor’.
Terug in de tijd. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog gingen de grootmachten ervan uit dat er als vanouds een korte veldtocht nodig was om de ander op de knieën te krijgen en men daarna weer vrolijk verder kon in vredestijd. Niemand zag de volstrekt waan zinnige slachting aankomen die vier jaar zou duren en zich in het Westen vooral afspeelde
in loopgraven. Daar gebeurde gedurende 1915 en 1916 iets merkwaardigs: de legerleidingen van de verschillende landen zagen opeens dat er minder doden vielen terwijl hetzelfde aantal kogels werd afgevuurd. Ze kwamen erachter dat er een soort ‘vermoeidheid’ ontstond om
de vijand te haten. Je kon hun stemmen soms horen voorbij het niemandsland en menig man dacht opeens: misschien zit daar ook een vader die terug naar huis wil… Hannah Arendt schreef dat je om te moorden in oorlogstijd
de vijand moet dehumaniseren… Je moet er
in je verbeelding een soort ongedierte van maken, want alleen dan kun je er ‘komaf mee maken’. Wanneer je maar een fractie van een seconde in de ander iets van jezelf ziet, wordt dat moeilijker. En daar begint de ‘Love Factor’. De Duitse, Franse en Engelse legerleidingen zaten met de handen in het haar. Want ze beseften dat het steeds moeilijker werd om
die mannen de loopgraven uit te jagen om neergemaaid te worden in het spervuur van
de vijand.
Van dat soort gesprekken word ik nou gelukkig in deze tijden: te weten dat er krachten zijn
die vroeg of laat het destructieve zullen over winnen. Dat de zin het van de waanzin wint. En de leugen toch wordt achterhaald, al is hij nog zo snel. Wie zwelgt in cynisme moet daar waarschijnlijk om lachen en rekent zich rijk met zijn aandelen in de wapenhandel. Maar ik weet zeker dat Lance met zijn kokosolie een gelukkiger mens is aan het einde van de dag, en ons daarin bovendien laat delen. Waardoor de ‘Love Factor’ wederom toeslaat. ■
Stef Bos (1961) is singer-songwriter en woordkunstenaar. In Zin schrijft hij over zijn leven als muzikant en als echtgenoot en vader. Stef is getrouwd met de Zuid-Afrikaanse kunstenares Varenka Paschke. Samen hebben ze drie kinderen: zoon Kolya (13) en dochters Lorelei (11) en Vonkie (6). Ze wonen afwisselend in Zuid-Afrika en in Vlaanderen. Stef tourt op dit moment in Zuid-Afrika, Namibië, Nederland en België met de
voorstelling ‘Bloudruk’.