BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN
5 maanden zonder hem

5 maanden zonder hem

Mia Luif verloor haar man

Mia Luif (58) verloor haar man René (63). Hij overleed zeven maanden na de diagnose blaaskanker. Ze hadden 37 jaar een relatie en kregen samen 3 kinderen: Tom, Fien en Pelle. Mia werkt als senior communicatieadviseur bij een gemeente. In Zin schrijft ze – heen en weer springend in de tijd – over haar leven na zijn dood. ‘Had ik het daar maar bij gelaten. Maar nee, ik wrijf in die vlek’

Onhandig

Ik krijg een appje van een oud-collega. Zij werkt nu achter de schermen bij een tv-programma. Letterlijk járen niet meer aan haar gedacht. Ze appt: ‘Hi. Je weet vast wel dat ik bij XYZ werk. We zoeken mensen die al een eeuwigheid bij elkaar zijn. Je bent toch ook al heel lang met René? Leuk toch, om hieraan mee te doen? Doei, doei!’ Ik vind hier veel van. Vooral het plompverloren met de deur in huis vallen en van het tijdstip, het is ’s avonds tien uur. Haar verkeerde inschatting vind ik haast grappig: René zou dit absoluut niet ‘leuk toch’ vinden. Maar het appje doet ook zeer. Mijn hele wereld is veranderd, maar in het wereldbeeld van sommige mensen leef ik blijkbaar nog gewoon happily ever after.

Ik app haar terug dat dit een pijnlijk verzoek is, omdat René een paar maanden geleden is overleden. Ze appt condoleances en excuses. Had ze het daar nou maar bij gelaten. Maar nee, ze gaat wrijven in de ontstane vlek. Want na de excuses appt ze dat ze dit niet wist en ook niet kon weten. Had ik het daar nou maar bij gelaten. Maar nee, ook ik ga in de vlek wrijven. Dat ze dat inderdaad niet kon weten, maar dat er wel een risico zit aan het stellen van zo’n vraag. Zeker als je ’m stelt aan iemand met wie je al jaren geen contact meer hebt.

Ze appt terug dat ze wél had gehoord dat onze vroegere collega M. ook overleden is. Okeeee. Ik besluit te stoppen met wrijven – ik geef mezelf hier een schouder-klopje voor – en wens haar succes bij haar zoektocht. Ze bedoelde het niet verkeerd. Dat snap ik heus wel. We zijn allemaal menselijk en doen of zeggen soms gewoon onhandige dingen. Ikzelf net zo goed. Ik denk aan een week of wat geleden, toen ik bij mijn vader vandaan kwam. In de trein terug naar huis loop ik door de wagons, op zoek naar een zitplaats.

Dan zie ik Gerdine zitten, we deden ooit samen een cursus Spaans. Ze lacht naar me en zegt: “Hé, hoe is het met jou?” Voor ik het weet flap ik eruit: “Nou, niet zo goed, mijn man is onlangs overleden.” En ik loop door. Ook van schrik, want wat dóé ik nou? Wat moet die arme Gerdine hier nou mee? Als ik het aan mijn vriendin Lies vertel, en ook dat ik ‘hoe gaat het met je?’ toch zo’n verrekt lastige vraag blijf vinden, komt ze met een mooie suggestie. Een antwoord waardoor de vraagsteller zich niet ongemakkelijk voelt en waarmee ik niet emotioneel diep hoef te gaan. Of moet liegen. (Wat dan aanvoelt als verraad aan René.) Als iemand terloops vraagt hoe het gaat, zeg ik voortaan: “Goed genoeg.” Top antwoord.

Reageren? Redactie@zin.nl
Columns teruglezen? Zin.nl/Mia