Diëten? Tamelijk kansloos. Wereldwijd houdt nog geen 5% zijn afgevallen gewicht vast. Maar hoe boek je wel resultaat?
Minder smaakt méér
De enige manier om de kilo’s eraf te houden, is je eetgedrag blijvend veranderen. Meijke van Herwijnen, auteur van Weg met de weegschaal, coacht mensen bij het minder en gezonder gaan eten. “‘Ik wil niet stoppen met genieten maar ook niet zo zwaar worden,’ zeggen mensen vaak tegen me. Dan heb ik goed nieuws voor ze: van écht genieten word je helemaal niet te zwaar.” Na een aantal happen wordt de smaak van iets wat we eten steeds minder intens, legt Van Herwijnen uit. Je raakt gewend aan de smaak en de geur. Wil je lang kunnen dooreten van iets, dan moet je je gevoel steeds meer uitschakelen. Zo merk je niet dat je maag overbelast raakt of dat de smaak weg is en kun je volhouden dat het prettig is om te blijven eten. Met flink wat glazen wijn erbij houd je het nog langer vol, want dat vertroebelt je bewustzijn. “Als je bereid bent om écht te gaan proeven en jezelf niet meer voorhoudt dat ‘veel’ gelijk is aan ‘lekker’, heb je meer plezier, geniet je meer én krijg je een slanker en gezonder figuur!”
De juiste mindset
* Besef dat je meer eet als het gezellig is. En we meer dan 200 (!) eetbeslissingen per dag nemen terwijl we ons er van slechts 15 bewust zijn.
* Probeer ‘mindful’ te eten. Zorg dat het eten op je bord er aantrekkelijk uitziet, neem kleine hapjes en kauw goed. Leg af en toe je mes en vork even neer. Proef elke hap heel bewust: wat zit er in mijn mond? Hoe voelt het, hoe smaakt het? Zo proeft je beter, krijg je eerder een verzadigd gevoel én werkt je spijsvertering optimaal.
* Eet langzaam. En pauzeer tussendoor. Dat help je te realiseren dat je voldaan bent. Stop met eten bij nog een klein beetje trek: pas na twintig minuten geeft je lichaam aan dat het genoeg heeft. Wie snel eet, eet vaak teveel.
* Zeg gewoon ‘nee’. Samen eten en drinken is gezellig. Lastig om een gebakje te weigeren op een verjaardag. Toch kan dat gewoon. Je hoeft je niet te verantwoorden of te verontschuldigen over wat je wel en niet eet.
* Maak afspraken met jezelf. Ja, over je eetgedrag. Bijvoorbeeld: ik schep ‘s avonds maar één keer op.
* Hou een eetdagboek bij. Zo wordt duidelijk wat je allemaal eet en drinkt op een dag. Dat geeft inzicht.
* Eet soms iets lekkers. Stop niet helemáál met het eten van lekkere dingen. Onthouding van dikmakers leidt uiteindelijk tot het eten van dikmakers.
Bronnen: Hanneke de Bruin – Ik wil moet kan afvallen (2015), Asha Ten Broeke / Ronald Veldhuizen – Eet mij (2012)
Kom van die bank af!
Beweeg! Dat is stukken gezonder dan stilzitten. Je kan voor je gezondheid nog beter te dik en actief zijn, dan een normaal gewicht hebben en inactief zijn. De kans op diabetes, hart- en vaatziekten blijkt voor actieve mensen – ongeacht het gewicht dat ze hebben – lager. Bovendien maak je als je beweegt stoffen aan die een goed gevoel geven. Waardoor we ons prettiger en sterker voelen, en ons beter aan het minder-eten-voornemen kunnen houden. Bonus: de stofwisseling blijft lekker aan het werk.
Afvallen?
Dan red je het niet met alleen sporten. Sporten kost wel energie maar leidt zelden tot een lager gewicht. We denken dat we tijdens sporten ontzettend veel calorieën verbranden maar helaas. Ook compenseert ons lichaam energiegebruik door op de basisstofwisseling te besparen. Ga je sporten, dan ga je efficiënter bewegen. Kost de inspanning minder energie.
Heb je wel écht trek?
‘Luister naar je lichaam’ zeggen veel boeken over gezond eten. Je lichaam geeft zelf aan wanneer het behoefte heeft aan eten en wanneer het vol zit. Maar wat als je lichaam ook net na het eten aangeeft dat het zin heeft om te snoepen? Coach Meijke van Herwijnen: “Wie geen honger heeft en toch die drang voelt kan zichzelf de vraag stellen: ik heb geen honger, dus waar ben ik nu écht naar op zoek? Meestal is het antwoord heel simpel. Bijvoorbeeld: ik ben moe. Of: ik moet getroost worden, ik verveel me, ik heb behoefte aan een moment voor mezelf. Die dingen kun je op een andere manier vinden. Wie snapt wat er écht aan de hand is, beseft dat snoepen niet gaat helpen.”
Tekst: Annemarie van Dijk