Een nieuwe column van Hanneke Groenteman: ‘Kritisch, een beetje opstandig, geïnspireerd, zo wil ik zijn. Zo was ik, maar ik lijk wel moe gebeukt.’
Murw
Hoe ben ik 2022 ingegaan? Vrolijk, somber, tevreden, angstig? Allemaal niet, allemaal een beetje wel. Ik bedoel, ik kan mijn gemoedstoestand het beste omschrijven met het woord murw. Murw. Raar woord eigenlijk. Het betekent gedwee, niet langer tot weerstand in staat. Woorden die niet bij mij passen, doorgaans. Ik wil niet gedwee zijn, ik wil altijd een gezonde weerstand voelen, dat geeft mij energie. Kritisch, een beetje opstandig, geïnspireerd, zo wil ik zijn. Zo was ik, maar ik lijk wel moe gebeukt. Deze eindeloos lijkende tijd maakt me gedwee en futloos. Murw dus. De tijd glipt geluidloos door mijn vingers, ik doe alles wat ik doe – en dat is niet veel soeps- vanuit een bedje van moeheid. Niks springt eruit, niks windt mij op, mijn inspiratiebronnen zijn opgedroogd. Ik kijk (te veel) televisie, maar ik ben televisiemoe. Ik ben Matthijs van Nieuwkerk- en André van Duin-moe, alle talkshows moe, Maestro-moe, zelfs The masked singer-moe. Ik ben lezen- en wandel-moe, zelfs de wind aan zee blaast me moe. Geen dalen, geen pieken, wat is dit voor leven?
Ellende
Tot ik onlangs een documentaire op de televisie zag over de bestorming van het Capitool, een jaar geleden. En ik me dood schrok. Natuurlijk had ik die aanslag op het Capitool in Washington DC gevolgd, de woedende menigte die, opgehitst door de vorige president, het hart van de democratie met geweld binnenstormde en tot op het bot wilde beschadigen. Verschrikkelijke gebeurtenis, ging elk voorstellingsvermogen te boven. Vier uur lang, toen was het voorbij. En ik sufte weer door. Lockdown, mondkapjes, scholen, besmettingen, corona wordt Covid wordt Omikron, sportzalen, horeca, theaters, winkels, murw.
Angst
En toen dus die documentaire. Four hours at the Capitol. Overdaad aan beelden, minutieus gerangschikt, niets aan de verbeelding overlatend. De dierlijke redeloosheid van de massa werd zichtbaar, voelbaar, angstaanjagend. De paniek bij de politiemensen, de Congresleden, de bewakers bij het Capitool. Je rook het bloed en het zweet en de tranen van alle kanten. Het onbeheersbare geweld, de drift, het gevaar, niet te stoppen, niet te temmen. En de grote vraag: waarom? Hoe ziet het kruitvat eruit waar zomaar een lont in gegooid kan worden. Waar komt het vandaan en – vooral – waar gaat het heen? Kan een verongelijkte volksmenner zomaar wilde woede mobiliseren? En ik voelde mee met de medewerker van Congresvoorzitter Nancy Pelosi die bijna huilend vertelde hoe ze sidderend van angst onder het bureau school omdat ze bang was dat de massa’s haar kamer binnen zouden stormen, haar zouden verkrachten en alles kapot zouden maken. Ineens raakte ik uit mijn versuffing en voelde me een angstig kind dat onder een tafel moest schuilen om zich te beschermen tegen een onbegrijpelijk aanstormend kwaad. Ik voelde me als het ondergedoken kind, 78 jaar geleden, schuilend onder de eettafel bij mijn pleegouders. Onzin natuurlijk. Ik hoef helemaal niet meer onder een tafel te schuilen voor een vijandige bezetter. Maar heel even was die associatie er wel. En nu ik de slaap uit mijn ogen wrijf, voel ik een onbestemd gevaar om me heen. Woede die ik niet navoel. Geweld dat ik niet begrijp. Haat en onbegrip van alle kanten tegen alles en iedereen. Ik wil de murwheid van me afschudden, ik wil weer wakker leven, ik wil in het verzet. Maar tegen wie? En hoe?
Hanneke Groenteman (1939) is programmaker, journalist en schrijver. In Zin schrijft ze over waar ze tegenaan loopt. Hanneke heeft één zoon, Gijs. Hij heeft vier kinderen (twee dochters en twee zonen). Zij zijn Hannekes Grote Liefde.
Nooit meer een column van Hanneke missen? Met deze aanbieding lees je Zin wel erg voordelig.