Niet alleen je ouders, ook je broers en zussen hebben grote invloed op hoe en wie je later wordt. Met hen leer je ruziemaken en bij hen leer je je grenzen kennen. Vooral zussen hebben een intense band. Dat weten Monic Hendrickx (1966) en haar zus Ingrid (1965) als geen ander. Maar ruzie? Maakten ze nooit.
Zusterband
De zusterband is een geliefd thema in de literatuur. Zowel rivaliserende als liefhebbende zussen blijken een bron van inspiratie. En gezien de enorme populariteit van Lucinda Riley’s bestseller-reeks De Zeven Zussen is daar een groot publiek voor. Toch is er niet heel veel onderzoek gedaan naar de relatie tussen zussen, schrijft de Amerikaanse socioloog Marcia Millman in haar boek De perfecte zus waarvoor ze 100 vrouwen interviewde over hun ervaringen. Raar eigenlijk, want al het onderzoek wijst er volgens haar op dat zussen hechter verbonden zijn dan broers of gemengde combinaties. De beste relaties zijn die waarin zussen in staat zijn om hun zus te zien zoals die werkelijk is of is geworden, concludeert Millman. Vasthouden aan je Veronderstelde Zus – jouw ideaalbeeld die voldoet aan al je wensen en behoeften – en je Werkelijke Zus niet zien, leidt tot spanningen, teleurstelling en ruzies. Ook Mirjam Bakker pleit voor zo’n ‘volwassen hertaxatie’.
Blijven werken
Volgens hoogleraar taalkunde Deborah Tannen – die eveneens meer dan honderd zussen sprak – is de zusterband zowel ijzersterk als ingewikkeld. Zussen kunnen elkaar steunen en troosten, maar ook diep teleurstellen en kwetsen. Wil je die relatie (en die met je broers) goed houden, dan moet je eraan blijven werken, adviseren zowel Millman en Tannen als Boer en Bakker. Net als in een huwelijk. En je moet accepteren dat de perfecte zus niet bestaat. “Natuurlijk niet,” beaamt Monic, “net zoals de perfecte mens niet bestaat.” Neemt niet weg dat Ingrid wel bijna in staat is een criticus te bellen na een slechte recensie over haar zus. “Dan word ik gewoon heel boos!” Perfecte zussen zijn Monic en Ingrid dan misschien niet. Maar het komt wel erg in de buurt.
Hulpbron of struikelblok?
Of je broer of zus een hulpbron of een struikelblok is, kan per levensfase verschillen. Wat kun je doen als het (even) niet lekker loopt?
- Blijf je in elkaar verdiepen zonder te veroordelen
- Accepteer verschillen
- Maak duidelijk dat je deur altijd openstaat
- Zoek zelf toenadering als het contact verbroken is. Uit een online onderzoek van Psychologie Magazine (2015) blijkt dat 40% van de vervreemde broers/zussen daarvoor openstaat
- In een onveilige of destructieve situatie is het gezonder te breken. Mensen blijven soms ten onrechte trouw aan een naaste die hen, hun gezin en hun leven kapot maakt. Faalt alle begrip en bijstand, dan is een (tijdelijke) breuk bijna onvermijdelijk
Lees het hele interview met Monic & Ingrid en meer over dit onderwerp in Zin 12. Dit nummer ligt nu in de winkel of bestel je hier online.
Tekst: Anne Elzinga. Beeld: Negin Zendegani